Dwingeloo, Hervormde kerk

Informatie over de kerk

Geluidsopnamen Geert Jan Pottjewijd d.d. 5 maart 2018
 - J.S. Bach (1685-1750): Fuga in G BWV 576 Registratie: Prestant 8', Holpijp 8', Octaaf 4', Quint 2 2/3', Octaaf 2', Mixtuur (Wordt nog vervangen door een betere opname)

1665: Er werd er een orgel geplaatst, waarvan de maker onbekend is. Op het orgel stond vroeger te lezen: "Dit monument ende gedagtenisse heeft ter eere Gods en ter eeuwige memorie doen en laten stichten de Hoog Welgeb. Heer Rutger van den Boetzelaer, Heer van Batinge ende Entinghe, Drossard van Covorden ende den Landschap Drenthe." Dit opschrift werd in de franse tijd verwijderd, maar was in 1846 nog goed te lezen. Het orgel had twee deuren of Luiken, nl. een "Zuiderdeur", met het portret van de schenker en een "Noorderdeur" met het portret van zijn vrouw, "Battina van Loohn". Boven het klavier stond: "A.1665 den 14 Majus". (1)
Het orgel had 7 registers en pedaal, zoals valt op te maken uit een advertentie in de Provinciale Drentsche en Asser courant 20-07-1886, waar het door de kerkvoogdij te koop werd aangeboden.


Genealogische en heraldische gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Drenthe 1937

1671: Afschrift van een akte van 4 Maart 1671, waar Joost Roedolph van den Boetzelaer, heer van Batinge en Halteren, als mede-erfgenaam van zijn oom drost Boetzelaer, op zich neemt aan de organist van Dwingelo jaarlijks de helft te betalen van de 100 gulden, die het landschap Drente na het overlijden van de drost op het tractement van de organist heeft gekort, 167(5?) (08)
Dit stuk heeft te maken met de Landschapsresolutie van 23 februari 1665. (41): 'De heer drost van den Boetselaer heeft erlangt een Subsidie tot het onderhoudt van een organist tot Dwingeloo, waarop gedelebireert zijnde, hebben de heeren Ridderschap ende Eijgen erfden geaccordeert de summa van hondert en dertich Caroly gulden jaarlyx te genieten bij den Organist, soo lange als de tegenwoordige schoolmeester tot Dwingeloo sal leven, en sulx onder consequentie inkumpstich'.

1674: Hoger op het orgel kon men lezen: "I. Delbrugh, Ao 1674 d. 9 Julij" (01) (02).

1682: 24 januari Akte met benoeming van meister Jacop Jansen Schmit?, van Uithuizen in Groningen, tot organist-schoolmeester van Dwingelo, door Joest Rudolph van den Boetzelaer, heer te Batinge en Halteren en Niclaes van Echten, heer te Entinge, als collatoren, en de geërfde lidmaten van het kerspel. (09)
Nota van de predikant van Dwingeloo omtrent het tractement van de koster-schoolmeester. (ca. 1682).  (07)
In een noot van de hand van Mr. J.G.C. Joosting, rijksarchivaris in Drenthe en samensteller van het huisarchief Batinge. Uitgegeven te Leiden in 1910 staat: "Volgens het stuk heette "de voorgaande coster-meister Jan; de oorlog met Munster behoorde tot het verleden. Het stuk dagteekent dus van c.1682, toen de opvolger van Jannes d'Elbrugh werd beroepen." Waarschijnlijk wordt hier dezelfde persoon genoemd als de vermelding van "Delbrugh, Ao 1674 d.9 Julij" op het orgel. (39)

Ca. 1690: Fragment van een getuigenverhoor, waarbij Jacob Jansz. Smit verklaard dat, toen hij schoolmeester werd te Dwingeloo, een zekere Hendrikjen woonde in het huisje "op de vicarijgeren tegenover het tegenwoordige Franse huijs", doch dat hij geen huur van haar heeft kunnen krijgen. (10)


Gezicht op Dwingeloo in de 18de eeuw. De theekoepel behoorde bij de havezate Batinge (Monumenten in Nederland' 2001)

1726: Akte van 5 november met een regeling het treden van de balgen.
De Kerkvoogden in der Tijd tot Dwingelo zullen weldoen en betalen an de Scholts, Prins en Comp: Zodaane penningen als mij van haer op Maij 1727 of zoo ick verder Continuëerd
tot Zt Jacobi 1727 van het Orgel blaesen als dan toekomen 't zal haer E. onder quitancie voor goede betaling verstrecken, Dwingelo 5e november 1726
Dit is't X Mark van
Fennechjen Evers in mijn
presentie getogen
hendrick Lubberts
1728 Op 9 januarij is door de kerkvoogd Albert Santing an mij wegens de weduwe van Roelof Roelofs kromholt twalf gulden betaalt op assen deese voor quitum sij in Dwingelo op dato als boven

1727-1729: Stukken betreffende de vorderingen van den organist-schoolmeester te Dwingeloo op den heer van Oldegaarde tot voldoening der klokrogge. (11)

1739Getuigschriften voor Anthonij Kortrijk met bewijzen van zijn bekwaamheden als schoolmeester en organist. Aanbevelingen door David Leo en H. Jaarsma organisten te Steenwijk(15)

1773: Wegen het overlijden van de vorige organist Anthony Kortrijk diende er een nieuwe organist te worden benoemd. De correspondentie met sollicitaties is bewaard gebleven.
Sollicitatiebrieven zijn bewaard van F. Seijdel uit Vollenhove, H. van Elseloo uit Sloten. Elseloo bedankt later en Baron van Heekeren is van plan Hendrik Bloemen te benoemen. Elseloo blijkt een schoonzoon te zijn van ortwijk blijkt uit een brief van dhr. Folmer uit de Haag, die hem aanbeveelt. (16)

1781: Correspondentie bij de benoeming van Klaas Harms uit Diever tot koster-schoolmeester te Dwingelo.

1835-1860: In de verslagen van de kerkvoogdij word elk jaar gemeld wat er is uitgegeven aan de onderhoud van het orgel. De bedragen variëren van f 10,- tot f 25,-

In 1846 schrijft Ds. Van Schaick in de Drentse Volkalmanak een artikel over de kerk van Dwingeloo (01)

In 1855 wordt f 230,- uitgegeven. Niet bekend is welke werkzaamheden werden uitgevoerd. (33)
De gemelde reparatie uit het krantenbericht van 1851 is in de kerkvoogdijvergadering niet terug te vinden.


Drentsche courant 02-02-1849

1850:  In dat jaar was de staat van het onderhoud van het orgel nog zo dat men er bij de viering van het 250-jarig bestand van de kerk nog bovenop kon zitten!

Drentsche Courant 31-12-1850


Boekzaal der Geleerde Wereld 1850

1851: Het orgel wordt gerepareerd door dhr. Klein (42)en daarna gedemonstreerd door een orgelconcert.


Provinciale Drentsche en Asser courant 14-10-1851


1856: In de kerkvoogdijnotulen van 30 augustus wordt besloten dat de kerkmuren moeten worden gewit en de kerkzolder blauw geverfd. (35)
De kerkmuren waren dus vroeger gepleisterd.


Provinciale Drentsche en Asser courant 23-09-1865

1865: Op 16 oktober vraagt koster/organist G. Deeze per 1 november ontslag als organist. (36)

1866: Op 13 maart en 31 maart komt in het College van Toezicht een geschil aan de orde tussen de kerkvoogdij van Dwingeloo en collator A.W. Westra van Holthe over de benoeming van een organist en de voordracht van een koster. (45)

1870: Oud-predikant Van Schaick beschrijft in het blad "De Oude tijd" jaargang 1870 het orgel in de kerk. (37)


1875: Op 19 november dient Roelof Koeling een rekening in voor reparatiewerkzaamheden. Op de rekening staat ook een post van f 20,- voor het orgel. (36)


Provinciale Drentsche en Asser courant 20-06-1876

1876: In de kerkvoogdijvergadering van 20 september komt het vertrek van de organist aan de orde. Dit is een goed moment om de instructie voor de koster/organist opnieuw te bezien.
In de vergadering van 25 oktober wordt gezegd dat organist Bouwman is vertrokken naar Beerta. De nieuwe hoofdonderwijzer Roelof Staal wordt de nieuwe organist met de nieuwe instructie.
Op 27 december en 2 januari wordt gesproken over herstel van het orgel door Ansingh uit Zwolle. Ansingh heeft 19 december het orgel geïnspecteerd. Hij kan het orgel in orde maken voor f 150,- Er wordt besloten eerste informatie over Ansigh in te winnen voordat een besluit wordt genomen. (32)

1877: In de kerkvoogdijvergadering van 27 december komt aan de orde dat organist Staal heeft gevraagd te worden vrijgesteld van het aansteken van de kaarsen bij de godsdienstoefeningen in de avond, omdat er veel tijd in zit. Hij had al eerder te horen gekregen dat hij voor de helft vrijstelling had. De kerkleiding besluit dat de huidige situatie blijft gehandhaafd. (32)
Op 20 februari komt er een brief van Ansingh uit Zwolle. Men constateert dat er een nieuw klavier geïnstalleerd moet worden omdat het oude klavier verwomd is. Hierdoor gaat de reparatie langer duren dan gepland. In de tussentijd stelt Ansingh een harmonium beschikaab dat per boot naar Dieverbrug kan worden vervoerd. De kerkvoogdij moet het dan per boerenkar daar afhalen. Het harmonium wordt gratis ter beschikking gesteld. (36)

1882: Op 16 mei 1882 schrijft orgelmaker R. Meijer uit Veendam dat hij van de kerkvoogdij in Alblasserdam heeft gehoord dat Dwingeloo navraag heeft gedaan naar het orgel in Alblasserwaard. Meyer bouwt een groter nieuw orgel voor de kerk als vervanger voor een kleiner orgel dat hij eerder leverde. De mate van het orgel zijn 370 hoog en 330 breed. De dispositie luidt als volgt: Prestant 8', Bourdon 16', Holpip 8', Viola di Gamba 8', Octaaf 4', Fluit 4', Quint 2 2 /3', Octaaf 2'. De kast is zwart vernist. Meijer kan het orgel leveren voor f 1.500,- met 5 jaar garantie. (36)
In de vergadering van 22 mei komt aan de orde dat er een orgel kan worden aangekocht uit Alblasserdam. Er stond een advertentie in de krant Nieuws van de Dag. Uit ingewonnen informatie blijk dat de eigenaar van het orgel niet solide is en de kerkvoogden besluiten van aankoop af te zien. (32)
Op 27 mei volgt er nog een brief ut Alblasserdam met gegevens over de ingebruikname van het nieuwe instrument. (36)

1883: In de vergadering van 13 oktober 1883 wordt het vertrek van onderwijzer Staal gemeld. De nieuw benoemde hoofdonderwijzer Boneschanscher krijgt de post koster/organist van de kerk. Hij zal de instructie van 26 maart 1882 gaan tekenen. (32)

1886: In de vergadering van 3 juni wordt een brief van organist Boneschanscher behandeld waarin hij de slechte toestand van het orgel noemt. Hij heeft geïnformeerd naar een nieuw orgel bij Van Oeckelen. Deze biedt in een advertentie twee orgels aan voor f 1.600,- en f 2.200,-. Besloten wordt de notabelen op 5 juni bijeen te roepen om een hierover te overleggen.
Op 5 juni wordt door de kerkvoogdij en notabelen besloten een commissie naar van Oeckelen in Haren te sturen om het een en ander te bezien. Gevraagd zal worden of het oude orgel kan worden ingeruild. Als dit niet kan kan het orgel per advertentie te koop worden gezet.
In de vergadering van 25 september doet de commissie verslag van haar bezoeken aan Van Oeckelen. De orgels werden goed bevonden, maar aangezien er zich nog geen koopers voor het oude waren, kon er nog geen sprake zijn van een nieuw orgel.
(32)


Provinciale Drentsche en Asser courant 10-06-1886


Provinciale Drentsche en Asser courant 20-07-1886, Het nieuws van den dag : kleine courant 31-03-1886

1887: In de kerkvoogdijvergadering van 8 juni wordt de kerkvoogdij door de notabelen gemachtigd het oude orgel te verkopen en voor f 2.250,- een orgel te kopen bij Van Oeckelen. Wel krijgt men nog de opdracht met Van Oeckelen te overleggen of de aankoopprijs kan worden verlaagd.  (32)
Op 13 juli een brief van Van Oeckelen aan de kerkvoogdij. (Deze dient nog ontcijferd te worden) (36)
In juli 1887 informeert orgelmaker Jan Proper naar de afmetingen, aantal registers en prijs van het oude orgel. Wanneer moet het orgel uit de kerk worden gehaald en wat is de afstand tussen Dwingeloo en Meppel? Proper moet een orgel in Meppel stemmen en wilde graag eens kijken in Dwingeloo. (36)
Op 12 september en 21 oktober komt de aankoop van een orgel weer aan de orde. In de vergadering van 21 oktober wordt de brief van Van Oeckelen behandeld waarin hij toezegt het orgel voor f2250,- te leveren. Voor het plaatsen rekent hij f 56,-? Hij is in Dwingeloo geweest en constateerde daar dat het orgelbalkon eerst zou moeten worden hersteld. voordat het nieuwe orgel geplaatst kan worden. Voor het oude orgel wil hij f 30,- betalen. De kerkvoogden vinden dit bedrag niet hoog genoeg en gaan het orgel te koop aanbieden.
Op 31 december worden de financiën met koster/organist Boneschanscher over 1887 afgesloten. (32)
Ondanks verzet van Mr. W.L. v.d. Biesheuvel Schiffer werd het orgel met de luiken uit de kerk verwijderd om te worden vervangen door een orgel van Van Oeckelen. (3)
Het oude orgel werd in "Het nieuws van den dag" van 21 en 22 juli 1886 te koop aangeboden met de volgende tekst: "TE KOOP voor een zeer billijken prijs, een goed onderhouden Kerkorgel van zeven Registers en een Voetpedaal. Te bevragen bij den Secretaris-Kerkvoogd der Hervormde Gemeente te Dwingeloo, voor 30 Juli 1886. (15)


Provinciale Drentsche en Asser courant 10-06-1886, 24-09-1887, 22-11-1887



Provinciale Drentsche en Asser courant 30-11-1887


Uit de krant "Het nieuws van de dag" van 3 december 1887: "oude orgel vervangen door orgel VO; het oude had "bijna 2 1/2 eeuw dienst gedaan".  (15)



Op 27 november werd het nieuwe orgel ingewijd. Het oude orgel werd afgebroken. (04) De beschilderde panelen werden teruggegeven aan de familie van den Boetzelaer.

Dispositie:

Prestant 8' tin in front
Bourdon 16'
Holpijp 8'
Viola di Gamba 8'
Octaaf 4'
Speelfluit 4'
Quintfluit 3'
Woudfluit 2'
Trompet 8

De registers Bourdon en Trompet hebben voor het groot octaaf afzonderlijke trekkers. Dit om een tweede klavier te kunnen imiteren en bij de solostemmen een vrije bas te kunnen gebruiken. Het orgel was zeer krachtig en de solostemmen zijn liefelijk geïntoneerd. (5).

In het tijdschrift Het Orgel 2de jrg. no. 11, 1 januari 1888 is de volgende tekst opgenomen:
'Den 27e November is het nieuwe orgel, uit de fabriek van de Heeren P. van Oeckelen & Zoon, te Haren bij Groningen, in de Hervormde kerk te Dwingeloo ingewijd. Het heeft één klavier en aangehangen pedaal met acht sprekende stemmen, als:
Prestant 8 voet groot c, in het front van tin.
Bourdon 16 voet.
Holpijp 8 voet.
Viola di Gamba 8 voet.
Octaaf 4 voet.
Speelfluit 4 voet.
Quintfluit 3 voet.
Woudfluit 2 voet.
Trompet 8 voet.
De registers, Bourdon en Trompet hebben voor het groot octaaf afzonderlijke register- trekkers, om een tweede klavier te kunnen imiteeren, en bij de solo-stemmen een vrije bas te kunnen gebruiken.
Het orgel is zeer krachtig en de solo-stemmen zijn liefelijk geïntoneerd.
Het oude orgel, dat twee honderd vijf en twintig jaren in dien kerk dienst heeft gedaan, was afkomstig uit de kapel van het slot Batum (bedoelt wordt Batinge), destijds bewoond door de familie BOETZELAAR en ten geschenke gegeven aan die gemeente.
Het familiewapen dat op het orgel prijkte, met de beschilderde deuren dien het orgel insloten, zijn aan de familie teruggezonden.' (27)

Het Orgel 1888 januari

Het orgel werd echter direct voor de kerk van Dwingeloo gebouwd. Het is wel mogelijk dat er in Batinge een orgel heeft gestaan, omdat de organist van de kerk van Dwingeloo in 1690 werd betaald voor het spelen in de Franse kerk van Dwingeloo. Zie Dwingeloo-Batinge


Bericht uit Het nieuws van den dag kleine courant 01-12-1887


Meppeler Courant 30-11-1887


Provinciale Drentsche en Asser courant 22-11-1887

1888. In de kerkvoogdijvergadering van 28 januari komt aan de orde hoe men het nog verschuldigde restbedrag voor het orgel moet financieren.  (32)

1889: In de vergadering van begin 1889 en 7 maart komt de financiering van het orgel weer aan de orde. Voor de aankoop van het orgel is een lening van f 2.250,- gesloten. Volgens het college van toezicht had de kerkvoogdij geen machtiging gekregen voor het aangaan van deze lening. De kerkvoogdij is van mening dat er toestemming is gegeven op 31 augustus 1887. (32)

1890: In de Drentsche Volksalmanak van 1890 wordt de kerk en haar inventaris beschreven in het artikel 'De kerk van Dwingeloo' door Mr. W.L. van den Biesheuvel Schiffer. Op de bladzijden 57, 58 en 62 wordt het oude orgel beschreven dat zojuist is vervangen. De schrijver heeft de kerk bezocht voordat het orgel was verwijderd. Hij stelt voor om het front van het oude orgel naar een andere plek in de kerk te verplaatsen en te bewaren. 'Ik heb mij toen veroorloofd in bedenking te geven, het front van het oude orgel met genoemde vleugeldeuren niet uit de kerk te verwijderen, maar het een andere plaats te geven, waartoe alle gelegenleid bestond.'

1892: Organist Boneschanscher verzoekt op 19 januari ontheven te worden van zijn taak als klokkenluider. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan dient het traktement te worden verhoogd. (36)

1902: Een opsomming van de plichten en daaraan gekoppelde inkomsten van de onderwijzer in Dwingeloo in de situatie 1784.

Provinciale Drentsche en Asser courant 02-03-1903

1908: Organist Boneschanscher viert zijn 25 jubileum ls organist

Provinciale Drentsche en Asser courant 17-10-1908, Het Orgel 1908 november


Provinciale Drentsche en Asser courant 14-03-1908, 24-03-1908


Provinciale Drentsche en Asser courant 20-06-1922, 06-12-1922

1923: Op 27 mei schrijft organist Boneschanscher dat hij per 1 september met pensioen gaat als hoofdonderwijzer in Dwingeloo en dat hij ook zijn functie als organist wil beëindigen.

Provinciale Drentsche en Asser courant 13-10-1923

Op een onbekend tijdstip gaf hij een verzameling muziek voor orgel of harmonium uit.

1923: De kerk wordt door een brand getroffen. Het orgel wordt verwoest.


Ansichtkaart 1923

Vele kranten melden de brand:
 - Emmer courant 18-08-1923
 - Sumatra Post 13-09-1923 01 en 02
 - Sumatra-bode 20-09-1923                                                                                                             
 - Nieuwsblad van het Noorden 14-08-1923 en 16-08-1923
 - Provinciale Drentsche en Asser courant 14-08-1923 (01 en 02) en 15-08-1923


Provinciale Drentsche en Asser courant 18-08-1923

Voor de aanschaf van een nieuw orgel werd een bazar gehouden. Zie De standaard 02-06-1925, Provinciale Drentsche en Asser courant 23-05-1925, Provinciale Drentsche en Asser courant 25-04-1925, Meppeler Courant 30-05-1925

1925: Levering van een orgel door M. Spiering.
Op 8 oktober krijgt H. Thijs uit Harendermolen een bedrag van f 3.950,- uitbetaald voor de plaatsing van het orgel.
Spiering liet het orgel dus door Thijs plaatsen.


Meppeler Courant 1925-05-23 Bazar om geld in te zamelen voor nieuw orgel na de brand van 1923, Meppeler Courant 1925-05-30 Bazar brengt Hfl 1.000,= op


Het Orgel 1925 juli 1925, Nieuwsblad van het Noorden 24-09-1925, Meppeler Courant 1925-09-23


De Nederlander 06-10-1925



Bericht over de herbouw van de kerk uit Provinciale Drentsche en Asser courant 05-10-1925. Klik op de afbeelding voor een vergrote versie



Links:
http://www.kerkeninbeeld.nl, rechts: ansichtkaart


Provinciale Drentsche en Asser courant 22-03-1928

Dispositie:

Manuaal C - f' Pedaal C - d'
Bourdon 16' b/d Aangehangen
Prestant 8'  
Holpijp 8'  
Salicionaal 8'  
Viola da Gamba 8'  
Octaaf 4'  
Roerfluit 4'  
Quint 2 2/3'  
Octaaf 2'  
Trompet 8'  


Provinciale Drentsche en Asser courant 23-11-1935, 11-12-1935

193x: Johan van Meurs noteert de gegevens van het orgel in zijn dispositiecahier


Klik op de afbeelding voor een vergroting
Uit het boek van Jaap Brouwer: Johan van Meurs - Een studie over een pionierend orgeladviseur


Provinciale Drentsche en Asser courant 14-03-1950


Foto: Stichting Orgelcentrum nr. Gr 2112 (30


Provinciale Drentsche en Asser courant 16-09-1959

1959: Op 9 december meldt Reil dat hij uit voorraad een windmotor kan leveren. Van dezelfde datum dateert een rapport van Reil over het orgel. Hij constateert dat het orgel nog geen windmotor heeft. Het front past prima in de kerk. Door lekkage in de windlade is handmatig pompen uiterst moeizaam geworden. De windlade zou gerestaureerd moeten worden. Bij een restauratie zou de Gamba 8' vervangen moeten worden door een Mixtuur II-III.
Brief van Reil op 16 december dat 2 monteurs voor de kerstdagen een nieuwe windmotor zullen plaatsen. Wel dient er op dat moment een lectriecien aanwezig te zijn. Plaatsing van een windmotor door J. Reil uit Heerde. Ook maakt hij het front schoon en verzorgt een stembeurt. Zie rekening d.d. 31 december. (34)

1960: Op 11 augustus vraagt orgelmaker L. Rinkema uit Woldendorp wat de stand van zaken was omtrent zijn offerte voor het plaatsen van een Meidinger windmotor.  (34)

1961: De kerkvoogdij van Dwingeloo heeft gebeld met de Hervormde Orgelcommissie. De orgelcommissie antwoordt op 9 oktober en legt haar werkwijze uit. Een voorlopig onderzoek kost f 35,-
Op 1 november geeft de kerkvoogdij de orgelcommissie opdracht voor een voorlopig onderzoek. Op 2 november schrijft de Orgelcommissie dat Cor Edskes een afspraak zal maken voor een bezoek. (31)

1962: In februari verschijnt het voorlopig rapport van Cor Edskes. De conclusie is dat het orgel een restauratie niet waard is:
 - De windlade is lek en heeft door- en bijspraak
 - De mechaniek is slecht van constructie en het toucher is taai
 - Het pijpwerk is in slecht staat met veel beschadigingen. Veel zinken pijpwerk. Kernsteken, expressions en te kleine voetopeningen
 - Slechte intonatie
 - Orgelkas van slechte constructie. Veel triplex en een ontbrekend dak.
 - Lekkages in de windvoorziening
 - De verzekeringswaarde is f 35.000 (Vervangingswaarde)
Aangeraden wordt om te gaan sparen voor een nieuw instrument.
Op 9 maart vraagt de kerkvoogdij waar ze het orgel het beste kunnen verzekeren en blijkt dat ze het eens zijn  met de conclusie om het orgel niet te restaureren.
De Orgelcommissie schrijft op 13 maart aan de verzekeringsmij "Stormbrand" om contact op te nemen met de kerkvoogdij in Dwingeloo. Dit melden ze ook aan de kerkvoogdij.
Op 17 mei wil de kerkvoogdij graag een copie van het rapport, omdat hij bij een van de kerkvoogden is zoek geraakt. Het rapport kom in een bespreking met de notabelen aan de orde. (31)

1964: Er werden acties gevoerd om geld in te zamelen voor een nieuw orgel. Bijvoorbeeld door de voetbalvereniging. Ook werden collectanten gezocht.
Op 7 maart schrijft organist Smit aan de predikant ds. Bosma dat er een orgel uit Den Haag in de werkplaats van orgelmaker Slooff staat opgesteld. Volgens Slooff is het pijpwerk van uitstekende makelij. De door Smit geconsteerde lekkage was te wijten aan de windlade en niet aan de pneumatiek. Een prijsopgave van de restauratie duurt nog even vanwege ander onderhanden werk. Kan Smit een afspraak maken om over de datum van oplevering te overleggen?
Op 23 september schrijft de burgermeester van Dwingeloo mr. W.W. Hopperus Buma een brief aan kerkenraad, en kerkvoogdij van Dwingeloo. Hij uit zijn zorgen omtrent het proces tot aanschaf van het orgel qua democratische proces en inzet van deskundigheid. In de bijlage beschrijft hij de gang van zaken: Zijn vrouw las een advertentie waarin de Doopsgezinde kerk van Den Haag haar orgel te koop aanbood. Mogelijk zou dit geschikt zijn voor de kerk in Dwingeloo. Toen men in Den Haag was om de situatie te bezien bleek dat orgelmaker Slooff het orgel ook wilde kopen. Toen deze hoorde dat Dwingeloo ook een gegadigde was trok hij zich terug. Op dat moment ontstond de afspraak dat Slooff het orgel zou demonteren , verbouwen en plaatsen in Dwingeloo. Op deze manier is er geen deskundig adviseur bij betrokken. Buma heeft daarom Dr. Vente geraadpleegd. Volgens Vente is de kerkvoogdij zeer onverstandig dit werk door een onbekende orgelmaker zonder adviseur te laten uitvoeren. Vente was bereid het orgel in de werkplaats van Slooff te inspecteren. De kerkvoogdij besloot geen gebruik te maken van het advies van Vente. Dit speelde zich af in februari. Sinds die tijd is het stil. Nu wordt gevraagd voor de restauratie van het orgel f 10.000,- bijeen te brengen. Volgens deskundigen (organist Smit en Slooff) zou het een prima orgel zijn. Hij raadt aan toch een deskundige in te schakelen. (34)
In het archief van het bureau monumentenzorg zijn notities bewaard over de belangstelling die de Hervomde Kerk van Sleen had voor de gipsen beelden en de harp van het oude orgel.

1965: Op 25 januari beantwoordt de kerkenraad de brief van 14 januari van Buma. De kerkenraad verwijst naar de kerkvoogdij voor een antwoord op zijn brief van 29 september. (34)
Orgelmaker Sloof wordt uiteindelijk toch belast met de restauratie en plaatsing van het Van Gelder-orgel (1886) uit de Doopsgezinde kerk te Den Haag.
Voor de geschiedenis en afbeeldingen van het orgel te Den Haag zie de tekst onderaan deze pagina.

Bij plaatsing te Dwingeloo vonden de volgende werkzaamheden plaats:
-Combinatietrede Hoofdwerk verwijderd. Zwelkast Bovenwerk verwijderd.
-Windlade van het Hoofdwerk werd naar achteren verplaatst vanwege de aanwezigheid van een trekbalk.
-De trompet 8' werd weer geheel op de lade geplaatst
-Op het Hoofdwerk wordt de Bourdon 16' verwijderd en een Mixtuur II-III toegevoegd.
-Op het Bovenwerk wordt de Fluit Harmoniek verwijderd en vervangen door een Fluit 4'. De Voix Celeste wordt vervangen door een Piccolo 2'. Op een kantsleep wordt een sesquialter I-II toegevoegd en de Salcionaal 8' wordt vervangen door een prestant 4'.
-Op het pedaal wordt de Octaafbas 8' vervangen door een Koraalbas 4' '(24)
Adviseur bij de restauratie was de eigen organist H. Smit uit Meppel.
Op 3 augustus gaven Marian Verrips-Doorn orgel en de sopraan J. Vosman-de Vries een concert. (34)


Meppeler Courant 5 augustus 1966

De twee potten en de harpversiering op het oude orgel uit 1925 worden verkocht aan de Hervormde kerk van Sleen.
Het orgel zelf is verkocht aan de orgelbouwer Slooff. (Zie briefwisseling tussen Sleen en Dwingeloo bij Sleen)

Foto: Geert Jan Pottjewijd (18-07-2021)


Fotokaart van Slooff Orgelbouw


Meppeler Courant 1965-12-03, Asser Courant 19-11-1966

 Dispositie van het instrument na plaatsing te Dwingeloo:

Hoofdwerk   Bovenwerk   Pedaal  
Prestant 8' Bourdon 8' Subbas 16'
Holpijp 8' Prestant 4' Bourdon 8'
Octaaf 4' Fluit 4' Koraalbas 4'
Roerfluit 4' Piccolo 2'    
Quint 2 2/3' Sesquialter II    
Octaaf 2' Tremulant      
Cornet V discant        
Mixtuur  II-III        
Trompet 8'        

1969: Op 4 december heeft burgemeester Buma van Dwingelo contact met het bureau monumentenzorg. Hij maakt zicht zorgen over werkzaamheden die in de kerk plaats vinden. (43)

1974: Op 5 december is er contact tussen de rijksinspecteur voor roerende monumenten en het provinciaal museum van Drenthe over de orgelluiken van het orgel uit 1665. Deze zijn niet in de invenatris van de rijksdienst te vinden.
Op 17 december antwoordt het provinciaal museum dat de informatie over de portretten afkomstig van dhr. Van der kleij uit Emmen. In een boekje over de genealogie van de familie Boetzelaer staat dat de familie deze protretten in 1965 zou hebben geschonken aan de rijksdienst voor verspreide kunstvoorwerpen. (43)

1975: Op 22 januari schrijft Corneille Janssen van het bureau monumentenzorg aan Baron van Boetzelaer in Den Haag dat de portretten bij de Bataafse revolutie uit de kerk zouden zijn verwijderd. Zij waren in 1921 op Houdringe bij De Bildt en zouden in 1965 aan de rijksdienst verspreide kunstvoorwerpen zijn geschonkend. Bij de rijksdienst zijn ze echter niet bekend. Is de verblijfplaats bij U bekend?
Op 15 februari schrijft baron van Boetzelaer dat de rijksdienst de portretten in bruikleen heeft afgestaan aan de zoon van de baron en in zijn huis hangen. Bij vererving zijn de protretten steeds aangeduid als 'portret van een echtpaar Boetzelaer, uit de kerk te Coevorden'. Zo staan de portretten ook vermeld in de schenkingsakte van 9 september 1966. Dat zal de reden zijn geweest dat ze niet konden worden gevonden. De zoon wil afstand doen van de portretten en ze in bruikleen geven aan het provinciaal museum. Ook de orgelluiken van het orgel, die eerst op de zolder lagen van huize Sandwijk in De Bildt zijn in het huid van zijn zoon. Ook de luiken wil de zoon afstaan. (43)


Meppeler Courant 5 november 1975

1976: Op 29 mei schrijft onderwijzer Reinder Smit aan het proviciaal museum dat hij de portretten heeft terug gevonden bij iemand in Den Haag. Hij heeft de eigenaar bezocht en de protretten gefotografeerd. De eigenaar is beried ze af te staan. Kunnen deze portretten niet naar Dwingeloo?
Op 30 augustus schrijft Smit aan het bureau voor roerende monumenten dat hij op 18 oktober 1975 navraag deed over de verbijfplaats van de portretten. Deze waren te vinden onder nr. C1773. Op 29 mei bracht R. Smit een bezoek aan baron Van Boetzelaer. Op grond van documenten in het bezit van Van Boetzelaer kon worden vastgesteld dat het inderdaad ging om de panelen die hoorden bij het orgel dat van 1665 tot ca. 1890 in de kerk van dwingeloo stond. Is het mogelijk dat ze worden afgestaan de kerk van Dwingeloo? Er is al overleg geweest met Corneille Janssen van het provinciaal museum.
Op 4 september schrijft Smit aan Corneille Janssen dat de kerk van Dwingeloo niet te vochtig is. De organisten heeft zelfs waterbakken laten plaatsen omdat de lucht te droog was.
Op 17 november schrijft Corneille Janssen aan Smit dat hij een aanbevelingsbrief zal schrijven om de portretten naar Dwingeloo te halen. Graag nog geen publiciteit vanwege mogelijke gevoeligheden.
Op 17 november schrijft Corneille Janssen ook de aanbevelingsbrief naar de dienst verspreide rijkscollectie om de protretten en de delen van de orgelkas aan Dwingeloo af te staan. (43)


Bericht uit Nieuwsblad van het Noorden 02-06-1976


Meppeler Courant 1976-06-02


Onbekende krant van 3 juni 1976 (43)


Nieuwsblad van het Noorden 2 juni 1976

1977: Op 5 januari schrijft de dienst roerende monumenten dat de dienst bereid is de bruikleen te beëindigen en een nieuwe overeenkomst te sluiten met de kerkvoogdij van Dwingeloo. Welke garanties kan de kerkvoogdij geven voor beheer en veiligheid?
Op 14 januari vraagt Smit aan Corneille Janssen welke adviezen hij kan geven over het beveiligen van het kerkgebouw.
Op 14 januari schrijft Smit naar de dienst roerende goederen dat hij verheugd is dat de dienst bereid is een overeenkomst te sluiten met de kerkvoogdij van Dwingeloo. De kerkvoogdij is in overleg met het provinciaal museum voor verligheid en beheer. (43)

1978: Op 15 april vraagt Smit aan Corneille Janssen of er al vorderingen zijn gemaakt om de portretten naar Dwingeloo te krijgen. (43)

1979: De panelen zijn weer terug in dwingeloo


Meppler Corant 5 februari 1979


Meppeler Courant 9 februari 1979

In deze tijd worden er in Dwingeloo ook regelmatig orgelconcerten georganiseerd.

Arikel Nieuwsblad van het Noorden 10-04-1976


1981: Restauratie door Mense Ruiter van de windlade en wellenbord van het Hoofdwerk

1983:
Restauratie door Mense Ruiter van de windlade en wellenbord van het Bovenwerk


Tijdschrift Kerk en Muziek 1984 05 mei/juni

1985: Restauratie van de kerk

Meppeler Courant 1985-12-09

1998:
De huidige eigenaar van de panelen van het in 1887 afgebroken orgel, baron Sicco van Boetzelaer uit Den Haag, draagt op 7 juni de panelen weer over aan de kerk. Dit schilderwerk uit de 17e eeuw is heel bijzonder in Drenthe. Drenthe was in die tijd zo arm, dat zelfs de adel geen geld had. Rutger van den Boetzelaer vormde daarop een uitzondering. Als drost van Drenthe had hij zijn ambtswoning in Coevorden, maar hij bewoonde ook de havezate Batinge in Dwingeloo. Op de kas van het kerkorgel stonden ook de portretten van Van den Boetzelaer en zijn derde echtgenote. Ook deze waren in het bezit van Sicco van Boetzelaer, maar kregen jaren geleden al een plekje in de Dwingelder kerk. Reinder Smit stelde destijds de echtheid van de portretten vast. "Bij die gelegenheid liet Sicco van Boetzelaer mij ook de andere panelen zien. Wat ik toen zag kwam exact overeen met de beschrijving van dominee Van Schaik, die van 1838 tot 1852 werkzaam was in het brinkdorp". Zodoende ontstond het plan om alle restanten van de oude orgelkas te verhuizen naar de oude stek. Smit ging in onderhandeling met Van Boetzelaer, maar de gesprekken liepen aanvankelijk op niets uit. Hij stelde als voorwaarde dat de panelen zouden worden gerestaureerd. Daar had de kerkelijke gemeente echter het geld niet voor. Smit kwam vast te zitten en vroeg de thans in Warnsveld woonachtige oud-burgemeester van Dwingeloo, Hopperus Buma, de onderhandelingen voort te zetten. Hij heeft het als echte diplomaat voor elkaar gekregen dat van Boetzelaer de restauratie heeft laten varen. (12)


Foto: Geert Jan Pottjewijd
Naast de luiken hangt een toelichtende tekst. Voor een afbeelding van deze tekst zie onderaan deze pagina.

Erwin de Leeuw schreef een artikel over de orgelluiken in het tijdschrift 'Dwingels Eigen' van 2001.

1999: Eerste fase van een restauratie door Mense Ruiter.
Restauratie van de windvoorziening en herstel van de hoofdwerkmechaniek. (14)

2007: Uitvoering van de tweede fase door Mense Ruiter: Restauratie van de windladen, bovenwerkmechaniek, registratiemechaniek en herstel/aanpassing pijpwerk en klankherstel. (14)

2008/2009: Orgelmakerij Mense Ruiter: herstelling van het Pedaal (na waterschade). (14)

2010: De restauratie door Mense Ruiter werd afgerond. Op 6 augustus 2010 werd het orgel weer in gebruik genomen.

Huidige dispositie:
Hoofdwerk: Prestant 8', Holpijp 8', Octaaf 4', Roerfluit 4', Quint 2 2/3', Octaaf 2', Cornet V sterk (discant), Mixtuur II-III sterk (1 1/3'), Trompet 8'.
Bovenwerk: Bourdon 8', Prestant 4', Fluit 4', Piccolo 2', Tremulant.
Pedaal: Subbas 16', Bourdon 8', Koraalbas 4'.

Koppelingen: Hoofdwerk - Bovenwerk, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Bovenwerk.


Foto: Geert Jan Pottjewijd
Links van de klaviatuur hangt een toelichtende tekst omtrent het orgel. Zie voor een afbeelding onderaan deze pagina.

Bericht door RTV Drenthe d.d. 29 juli 2010: http://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/47847/Kerkorgel-Dwingeloo-gerestaureerd

2018: In het landgoed Oldengaerde liggen nog meer onderdelen van de luiken van het orgel uit 1665. De kerkvoogdij is in overleg met de eigenaar van Oldengaerde (Drents Landschap) om de luiken volledig te herstellen incl. de portretten van de fam. van Boetselaer die nu al in de kerk aanwezig zijn. Dit is echter een project van de lange termijn. (29)


Foto: Geert Jan Pottjewijd Klik op de foto voor een vergroting

2023: De kerk wordt inwendig verbouwd en meer geschikt gemaakt voor multifunctioneel gebruik. Het orgel wordt ingepakt tijdens de werkzaamheden. Na het uitpakken van het orgel wordt het schilderwerk van het orgel bijgewerkt en de omlijsting van de klaviatuur qua kleur in lijn gebracht met de kleur van de orgelkas. De kerk wordt op 14 januari 2024 weer in gebruik genomen. (44)

Organisten???:

1665 - 1670? Roelof Lunsingh (6)
1671? - 1682? Jan d'Elbrugh? (7).
1682 - 1738 Jacop(b) (Jansen) Smit(h). (8).
Op 15 april 1709 krijgt hij 30 gulden uitbetaald
Op 17 juni 1728 krijgt jij 50 gulden als tarktement (38)
1739 - 1773 Anthony Kortrijk. (9).
1773 - 1781 Hendrik Lubberts (10)
1781 - 1784 Klaas Harms Klaassen (11)
1784 - 1813 Pieter Vogel
1813 - 1842 Jan Roelofs Bakker
1842 - 1892 Rijkman Wichers
1883 - 1923 E.J. Boneschansker
xxxx - 1968 H. Smit
1968 - xxxx G. Dees


Drentsche courant 13-05-1834, 16-05-1834 en 20-05-1834


Drentsche courant 02-02-1849

Bericht over de te lange naspelen van organist C. Veeze

Provinciale Drentsche en Asser courant 29-11-1947

Noten:

  1. Drentsche Volksalmanak van 1846, blz. 191-192. Hij was tot 1852 predikant te Dwingeloo.
  2. Dat I. Delbrugh, die onder 9 juli 1674 staat vermeld op het orgel, de bouwer van het orgel zou zijn lijkt niet waarschijnlijk. Immers er is een stuk bewaard gebleven, waarin deze naam ook voorkomt en wel als koster-schoolmeester. (zie hiervoor de lijst met organisten). ekerheid hieromtrent bestaat er echter niet. De naam Delbrugge komt echter wel een enkele maal voor als organist of orgelmaker: "Bouwstenen", dl II. 1874/1881 Carel Jan Delbrugge, Steenwijk 1751-1755, organist. En in Reuter, "Orgeln in Westfalen" Kassel 1965 op blz. 39: Hattingen 1766 Reparatur Friedrich Dellbrück en op blz.43: Sprockhövel, 1763 Dellenbrück neue Orgel. Wattenscheid, 1761/65, Reparatur und versetzung durch Delbrück, idem 1769/70 Reparatur. Of er familieverwantschap bestaat is onbekend.
  3. xx
  4. Zie hiervoor "Het Orgel", 1887. Daar staat o.a. nog het volgende te lezen: "Het oude orgel ..... was afkomstig uit de kapel van het slot Batum, destijds bewoond door de familie Boetzelaer en ten geschenke gegeven aan die gemeente. Het familiewapen dat op het orgel prijkte, met de beschilderde deuren dien het orgel insloten, zijn aan de familie teruggezonden". Dat het orgel ooit in de kapel van het slot te Batum gestaan heeft lijkt niet waarschijnlijk of het moet in 1665 verplaatst zijn naar de kerk. In 1665 komen de kerkvisitatoren die Dwingeloo bezocht hebben de synode meedelen, dat de heer Drost van den Boetselaer, die als heer van Batinge collator was van de kerk in Dwingeloo, een "cierlijck" orgel aan de kerk ten geschenke had gegeven. In datzelfde jaar, bij resolutie van de Landschap, vraagt v.d. Boetselaer om een subsidie voor het salaris van de organist. Hij krijgt daarvoor f 160.-.
  5. Artikel in de Emmer Courant uit 1966 door Maarten Seybel.
  6. Drentsche Volksalmanak van 1846, blz.191-193. Artikel door Ds. v. Schaick. Hij noemt Roelof Lunsingh de eerste organist. "...van wien nog een keurig gedenkstuk in wezen is, nl. de wetten van de St. Anthonie gilde, deze bevinden zich in het gildeboek of protocol, een schrijfboek met perkamenten hand in kwarto; aangelegd den eersten gildedag 20 Januarij 1633 (het eerste gildeboek is door brand vernietigd).De gildewetten zijn allerkeurigst geschreven, ieder artikel met verschillende letters van Gotische en oud Duitsche vorm, door bovengenoemde schoolmeester en orgelist, en met zwart garen vooraan in het gildeboek vastgehecht. Er zijn 23 artikelen met een kort aanhangsel, gedagtekent van den l8 Januarij 1670." Deze schoonschrijver, schoolmaester en orgaelist was gildebroeder in 1670". (Het Sint Antonie gilde te Dwingeloo was een instelling om mensen, die gebrek hadden bij te staan met geld en goederen.
  7. Drents Archief 0617 Huisarchief van Batinge 105
  8. Drents Archief  0617 Huisarchief van Batinge 103
    Drentsche Volksalmanak 1850: "schoolmeester te Dwingeloo 1678-1698 Jannes.
  9. Drents Archief  0617 Huisarchief van Batinge, 104
  10. Drents Archief 0617 Huisarchief van Batinge, 106
  11. Drents Archief 0617 Huisarchief van Batinge, 107 "Pampiren raakende de klockroge".
  12. Drentsche Volksalmanak 1848, blz.44: "Jacob Jansen Smit, organist 1685." blz. 38: "Jacob Smith, organist 1712".
  13. Drentsche Volksalmanak 1850, blz.16: "schoolmeester te Dwingeloo 1693-1738 Jacob Smith, overleden mei 1738.."
  14. Aantekening diaconie 1699-1742 te Dwingeloo: "26 Januarij 1741 is Anna Romringh weduwe van Mr. Jacob Smith begraven."
  15. Drents Archief, 0617 Huisarchief van Batinge, 108.
  16. Drents Archief 0617 Huisarchief van Batinge 109 Stukken Betreffende het beroepen van een koster-schoolmeester te Dwingeloo. 1773
  17. Drentsche Volksalmanak 1850, blz. 16: "Schoolmeesters te Dwingeloo, 1738-1773 Antoni Kortrijk, begraven 12-2-1773.
  18. Drents Archief 0617 Huisarchief van Batinge, stuk 109. Sollicitatie van dhr. H. Elseloo en anderen. Deze bedankt echter. Voordracht van dhr. H. Bloemen. Eigenaardig genoeg komt hij onder de schoolmeesters. te Dwingeloo niet voor. Wel van 1774 tot 1781 Hendrik Lubberts, die vertrok naar Zwartsluis. Van hem is echter geen benoemingsstuk aanwezig.
  19. Rijksarchief Assen, Huisarchief van Batinge, stuk 109 Stukken betreffende het beroepen van Klaas Harms te Diever tot koster-schoolmeester te Dwingeloo. Uit deze stukken blijkt niet dat hij ook organist was. Drentsche Volkalmanak 1850 blz. 16: Schoolmeester te Dwingeloo 1781-1833 Klaas Harms Klaassen. Drentsche Volkalmanak 1850 blz. 16: 1833 tot 1850? In elk geval Christian Veeze Drentsche Courant 1834: Eervol ontslag Klaas Harms Klaasen uit zijn kerk- en schooldienst 12-05-1834.
  20. Informatie van de amateur-historicus Reinder Smit uit Dwingeloo
  21. E-Mail van Jaap Brouwer d.d. 29-12-2002 18:3
  22. E-Mail van Marga Veldkamp (Mense Ruiter) d.d. 26-09-2008
  23. E-Mail van Victor Timmer d.d. 17-06-2010 mbt. het krantenbericht
  24. Boek: Het Nederlandse historische orgel 1886-1894 blz. 21-23
  25. Brochure: Groninger Orgelagenda 2007 Orgelresaturaties in 2007
  26. Brochure: Groninger Orgelagenda 2008 Restauraties in 2007 in Groningen en Drenthe
  27. Tijdschrift Het Orgel 2de jrg. no. 11, 1 januari 1888
  28. E-Mail van Frits Kaan d.d. 21 augustus 2014. Hij wees me op de afbeeldingen
  29. Gesprek met dhr. de Muij kerkvoogd d.d. 5-4-2018.
  30. Archief Jaap Brouwer, Winsum
  31. Archief Lambert Erné, Universiteit Utrecht
  32. Drents Archief 0345 Nederlands Hervormde Gemeente Dwingeloo 2.3. Archief van de kerkvoogdij 2.3.1. Stukken van algemene aard Notulen van vergaderingen van kerkvoogden en notabelen; 63 1867 - 1894
  33. Drents Archief 0345 Nederlands Hervormde Gemeente Dwingeloo 2.3. Archief van de kerkvoogdij 2.3.1. Stukken van algemene aard Notulen van vergaderingen van kerkvoogden en notabelen; 62 1830-1867
  34. Drents Archief: 0345 Nederlands Hervormde Gemeente Dwingeloo 2.3. Archief van de kerkvoogdij 94 Stukken betreffende de reparatie en vervanging van het orgel; 1959-1966
  35. Drents Archief: 0345 Nederlands Hervormde Gemeente Dwingeloo 2.3. Archief van de kerkvoogdij 2.3.1. Stukken van algemene aard Notulen van vergaderingen van kerkvoogden en notabelen; 61 1852-1867
  36. Drents Archief: 0345 Nederlands Hervormde Gemeente Dwingeloo 2.3. Archief van de kerkvoogdij 65 Bij de kerkvoogdij ingekomen stukken; 1814-1939
  37. Tijdschrift "De Oude tijd" jaargang 1870 ds. Van Schaick "Dwingeloo en wat het nog meer te zien geeft" blz. 64-74
  38. Drents Archief: 0617 Huisarchief Batinge 98 Rekening van en aanteekeningen omtrent ontvangsten en uitgaven der kerkvoogdij van Dwingelo, resp. over 1704-1707 en over 1709-1714; 1707, 1709-?14. Met kwijtingen der kerkvoogdij d.d. 1727 en 1728
  39. Boek: J.G.C. Joosting, Het huis-archief van Batinge E.J. Brill Leiden, 1910
  40. Drents Archief: 0617 Huisarchief Batinge 110 Stukken betreffende het beroepen van Klaas Harms te Diever tot koster-schoolmeester te Dwingelo; 1781
  41. Drents Archief 0001 Oude Staten Archieven 6 Resoluties van Ridderschap en Eigenerfden. 6.5 Landsdag 1664-1675; 1664 feb 23 - 1675 okt 7 pagina 35.
  42. E-mail Peter van Dijk d.d. 26-02-2023 over R. Klein: ‘Op 23-08-1847 is door de RK-parochie Kloosterburen het restant (170.-) van de laatste termijn voor het in 1846 opgeleverde Van Oeckelen-orgel betaald aan “R. Klein (v.Oeckelen)”. [Bron: artikel Victor Timmer in Het Orgel 2002/6 op pag. 22]. Er is geen R. Klein als werknemer van Van Oeckelen bekend. Wel Roelof Kiers (1804-1875), maar die was in 1855 nog in Leeuwarden woonachtig en aldaar werkzaam. De naam Klein is dus geen verschrijving voor Kiers. Bij zoeken op de website www.wiewaswie.nl bleef als enige realistische mogelijkheid over: Roelof Klein (1804-1883, geboren in Groningen en aldaar gebleven). Bij zijn huwelijk in 1831 wordt als beroep koopman opgegeven, vanaf 1844 tot en met 1861 wordt hij in de diverse bewaard gebleven akten steeds houtkoper genoemd. De veronderstelling dat hij aan Van Oeckelen hout leverde voor het orgel in Kloosterburen en daarvoor in 1847 rechtstreeks door de opdrachtgever is betaald, lijkt aannemelijk. Of deze Roelof Klein orgel kon spelen, is niet bekend. Als dat wel het geval was, is hij een goede ‘kandidaat’ voor de orgelreparatie&concert in Dwingeloo op 12-10-1851.’
  43. Drents Archief: 0913 Archief van de afdeling Monumentenzorg van de provincie Drenthe 459 Dwingeloo, Brink 29 (NH kerk); 1960-1987
  44. Eigen waarneming 14 januari 2024
  45. Drents Archief: 0446 Provinciaal College van Toezicht Hervormde Gemeenten 69 1866

Toelichtende tekst in de kerk omtrent de luiken van het eerste orgel in Dwingeloo



Toelichtende tekst naast het orgel

Foto: Geert Jan Pottjewijd

Geschiedenis van het orgel in de Doopsgezinde kerk te Den Haag

1886: Bouw van een nieuw orgel door J. van Gelder, orgelmaker te Leiden
Dispositie volgens het bestek van 14 november 1885 (24)

Manuaal   Bovenwerk   Pedaal  
Bourdon 16' Salicional 8' Aangehangen  
Prestant 8' Bourdon 8'    
Holpijp 8' Fluit Harmoniek 4'    
Octaaf 4' Clarinet 8'    
Roerfluit 4'        
Quint 3'        
Piccolo 2'        
Cornet III disc.        
Trompet 8'        
           

Op een onbekend moment werd de klarinet van het bovenwerk verwijderd voor een Octaaf 2'(24)

1896: Door de fa. Wed J. van gelder werd een combinatietrede voor de 5 sterkstste register van het Hoofdwerk aangebracht. De Octaaf 2' van het bovenwerk werd vervangen door een Voix celeste 8'(24)


Advertentie van van Gelder uit Het orgel 1900/01

1911: Uitbreiding door Van Leeuwen met een vrij pedaal met de volgende registers: Subbas 16', Octaafbas 8', Bourdon 8'.
Het bovenwerk werd in een zwelkast geplaatst. Het pedaalklavier werd vervangen en een pedaalkoppel toegevoegd.
De lade van het bovenwerk werd verplaatst en de mechaniek daarop aangepast.
De C-Fis van de trompet 8' werd op een nieuwe pneumatische lade geplaatst.(24)

±1931?: wijziging Van Leeuwen?. De Cornet III wordt gewijzigd naar een Cornet V (24) en v.d Kleij




Beide afbeeldingen hierboven vanuit de website van Aart de Kort: http://home.planet.nl/~kort0158/DHdoopsgez.html (28)