Gieterveen Hervormde kerk

Kerk
Deze gemeente werd in 1839 zelfstandig
Zie notulen (07)


Ansichtkaart, rechtsfoto: (03)

1905: 21 december verhoging salaris voorzanger. (08)

1906: 19 maart verhoging salarais voorzanger met f 25,- naar f 75,- per jaar

1909: 19 maart examen in de kerk van de sollicitanten voor de functie van voorzanger. Gekozen wordt L. van der Glas uit Annerveeschekanaal

1910: 13 oktober vd Glas vraagt verhoging van zijn salaris met f 8,-. Het verzoek wordt afgewezen.

1911: Op 14 januari wordt een verzoek van de predikant behandeld voor de aanschaf van een orgel. De kosten van het orgel en een eventule verbouwing zijn, gezien de financiële toestand, voor rekening van de kerkenraad. Er moet een fonds worden gesticht voor het betalen van het orgel, het onderhoud en de organist. De rente van het fonds moet minstens f 100,- per jaar bedragen.

1912: 16 augustus van der Glas legt zijn functie als voorzanger neer. Misschien wil schoolhoofd W. Waninga de functie overnemen. Waninga is genegen de functie over te nemen voor een salaris van f 100,-
Op 5 september wordt besloten W. Waninga te benoemen voor f 100,- per jaar. (08)

Orgel

1913: Op 20 januari een verzoek van de kerkenraad aan de kerkvoogdij om een orgel aan te schaffen. De kerkvoogdij gaat akkoord mits de kosten worden gedragen door de kerkenraad. (08)
Onderstaande berichten over de  ingebruikneming van het orgel. Uit de advertentie van Meek uit Assen blijkt dat het gaat om een Hinkel harmonium van vijf spel met 12 register. De prijs is f. 475,- + f. 27,50 voor een extra discant octaafkoppeling. Omdat er wordt geleverd aan een kerk wordt 10% korting gegeven. De ingebruikname is op zondag 4 mei 1913 door Johannes Meek uit Assen. (18)


Provinciale Drentsche en Asser courant 10-05-1913, Nieuwe Veendammer courant 03-05-1913

1925: G. van Dam krijgt 2x per jaar f 50,-betaald als organist. Diverse andere betalingen aan hem in de loop der tijd zonder omschrijving (kwitantie) (06) (13)



De Noord-Ooster 15-11-1928, 09-09-1933 en 31-12-1935 G. van Dam, organist te Gieterveen



Provinciale Drentsche en Asser courant 29-01-1938

1934, 1935: In deze jaren en soms daarna komt R. Lanjouw voor orgelspel. (13)

1936: Salaris van de organist wordt verlaagd van f 50,- naar f 40,- (13)

1937: Op verzoek van de predikant wordt er een orgelfonds gestart om later een kerkorgel te kunnen aanschaffen. Ook wordt een orgelcommissie ingesteld. (18)

1939: Bij de rondvraag op 6 februari komt de vraag van het orgelcomité aan de orde of ze mogen overgaan tot het laten bouwen van een orgeltribune. Gezien de beperkte tijd wordt dit punt verschoven naar de volgende vergadering.
Op 11 februari wordt geconstateerd dat men eerst wil wachten op het werken met de lijsten voor het orgelfonds.
Op 19 juni wordt de taak van het orgelcomité overgenomen door de kerkvoogdij. Bij de Boerenleenbank in Gasselternijveen is inmiddels f 1.547,34 belegd. Een schets van orgelmakers Sanders wordt besproken. (09)
In juli wordt er door architect W. Postema uit Veendam een bestek gemaakt voor het plaatsen van een orgelgaanderij. (05)
2 december cadeau orgelbouwer f 1,35  (13)


Bestek  (05) Klik op de afbeelding voor een vergroting

Op vrijdag 28 juli wordt de orgelgaanderij aanbesteed. De drie inschrijvers zaten met hun bod boven het begrote bedrag van f 300,-. De gunning werd in beraad gehouden.
Op 20 november wordt gevraagd waarom de gelden van het orgelfonds bij de Boerenleenbank in Gasselternijveen zijn belegd. De rente daar bleek hoger te zijn dan in Gieterveen. (09)

Er wordt besloten tot koop van een orgel uit de Oud-katholieke kerk van Dordrecht. Dit orgel werd in 1842 of 1844 gemaakt door Kam en van der Meulen. De kast werd niet overgeplaatst en bleef in Dordrecht. Sanders plaatst het pijpwerk te Gieterveen in een nieuwe kast.
Voor de geschiedenis van het orgel te Dordrecht (1842-1938) en (1984-heden) zie een artikel uit het Mededelingenblad van de Oud-Katholieke Organistenvereniging  nr.25 (september 1989). Het artikel uit dit tijdschrift is gebaseerd op een boek die J. Spaans schreef over dit orgel. (11)

Op 26 april 1939 werd er een contract tussen Sanders en de kerkvoogdij gesloten over de plaatsing van het orgel. Het orgel was door de orgelcommissie op 17 april in de werkplaats van Sanders bekeken en gekocht voor de prijs van f 1.550,- Inbegrepen waren vracht-, reis- en verblijfkosten. Niet inbegrepen waren orgelgalerij, schilderwerk en aanleg electra.
Dispositie:
Manuaal I: Prestant 8', Holpijp 8', Octaaf 4', Roerlfuit 4', Octaaf 2'
Manuaal II: Holpijp 8' b/d, Voic Celeste 8', Viola da Gamba 8', Flute Harmonique 4', Vulstem II, tremulant
Pedaal: Aangehangen C-c

Klavierkoppel
Klavieren van C-f'''. Toetsen ivoor en ebbenhout.
Systeem: Rein mechanisch
Windmotor: Meidinger
Windladen: Wagenschot eiken
Kwaliteit: prima en de intonatie zeer beschaafd
Pijpwerk: van goede kwaliteit
Front: Geheel nieuw volgens afgesproken ontwerp
Garantie: 20 jaar met de verplichting van een jaarlijkse stembeurt voor f18,-
Na afloop van de garantieperiode wordt het jaarlijkse onderhoud stilzwijgend verlengd met 5 jaar. Opzegtermijn 3 maanden. (04)


Beeldbank Drents Archief

Oorspronkelijke dispositie te Dordrecht:

Hoofdmanuaal   Bovenmanuaal   Pedaal
Prestant 8' Holpijp 8' Aangehangen
Holpijp 8' Viola da Gamba 8' disc.  
Prestant 4' Salicionaal 4'  
Fluit 4'  Fluit 4'  
Octaaf 2' Woudfluit 2'  

Dispositie na de plaatsing te Gieterveen:

Hoofdmanuaal     Bovenmanuaal     Pedaal C- c'
Prestant 8' 1844/1939 Holpijp 8' b/d 1844 Aangehangen
Holpijp 8' 1844 Celeste 8' disc 1902  
Octaaf 4' 1844 Flute harmonique 4' 1902  
Roerfluit 4'  1844 Sesquialter II 1939  
Octaaf 2' 1844        

1940: Op 3 februari wordt de verzekeringswaarde van het kerkgebouw verhoogd van f 11.250,- naar f 16.300,- vanwege het nieuwe orgel en de betimmering.  (09)
11 feb orgelstemmen Sanders te Utrecht f 18,-
5 juli G. van Dam salaris f 60,- (13)
Op 20 november komt de orgelschuld aan de orde. Deze bedraagt nog f 550,-. Men wil deze schuld zo snel mogelijk aflossen. (09)

1941: 11 februari Sanders stemt het orgel voor f 18,- en 24 april vervoer van orgel H. Poelman f 4,-(06)
Op de vergadering van 8 december blijkt de lening van f 550,- te zijn afgelost. Dit moet nog worden gemeld aan het College van Toezicht. Aan de brief wordt een verantwoording toegevoegd van de kosten van het orgel: Aanschaf f 1.537,15, orgelgaanderij f 364,03, verfwerk f 95,93 en diverse onkosten f 190,95. Totaal: f 2188,05. De collecte voor het orgel bracht f 1547,545 op. De lening was nodig om het financieringstekort te overbruggen. (09)

1942: 5 september stemmen orgel f 18,36 (06)

1946: Brief van Sanders om het onderhoud weer op te pakken. Er staat nog een rekening van f 18,36 uit 1943 open. De oude prijs kan niet meer worden gehandhaafd en wordt met 30% verhoogd. (04)
Rekening orgel Sanders Utrecht f 18,46 (06)
De jeugdverenigingen schaffen voor f 550,- een nieuw orgel aan voor het lokaal. De kerkvoogdij draagt f 200,- bij. (18)

1947: 3 januari Sanders en Zn. Utrecht f 23,93, 29 december Bijdrage orgel in lokaal f 200,-(15)

1948: 13 febr Sanders Utrecht f 23,87(15)
29 dec kerkorgel (H. Eleveld) f 200,-(06)

1949: 11 feb rep kerkorgel Sanders Utrecht f 23,93(06) (15)


Bijlagen van de Handelingen der Generale Synode der Nederlandsche Hervormde Kerk ten jare 1956

1953: Briefwisseling september 1953 - januari 1954 omtrent een bezoek dat Sanders heeft gebracht aan het orgel. Door lekkage van het dak is er ook water in het orgel gelekt. Hij adviseert de bovenkant van het orgel af te dekken met rubberoïd. Gelukkig is alleen het Manuaal II getroffen door de lekkage. Sanders biedt aan de windlade van manuaal II te herstellen in de werkplaats. (04)
Sanders f 23,87 (per giro) (13)

1954: De offerte voor het repareren van de waterschade dateert van 13 januari 1954. De kosten worden, afhankelijk van de aangetroffen schade, ingeschat op tussen de f 500,- en f 1.000,-.
Op 22 februari 1954 schrijft Sanders dat hij nog geen antwoord heeft gehad op de offerte van 13 januari. Wel is hij gebeld door een hr. van Lochem uit Amsterdam, die om een offerte vroeg voor Gieterveen. Voor zijn bemiddeling vraagt hij 8% van de aanneemsom. Sanders wil graag opheldering.
Op 10 maart 1954 schrijft de administrateur dhr. van Lochem van de Hervomde Orgelcommissie (HOC) over de offerte van Sanders die hij via Gieterveen heeft gekregen. De HOC wil Lambert Erné langs sturen om de situatie ter plekke te bekijken. Dit onderzoek kost f 20,-
Op 27 april 1954 schrijft Sanders dat ze nog steeds niets van Gieterveen hebben gehoord. Ook wijzen ze nog op het contract uit 1939.
Op 29 september 1954 schrijft de HOC dat Lambert Erné de kerk heeft bezocht, maar dat de HOC de correspondenmtie tussen Sanders en de kerkvoogdij nog niet heeft ontvangen. (04)
Op onbekend tijdstip meldt de kerkvoogdij dat de bedoelde documenten zijn toegestuurd.

1955: Op 19 januari een briefkaart van de kerkvoogdij van Gieterveen aan de HOC dat ze nog steeds niets hebben gehoord over de restauratie van hun orgel.
Op 26 februari meldt de HOC dat het orgel van Gieterveen op de fvergadering van 4 maart a.s. aan de orde zal komen.
Op 15 oktober vraagt de kerkvoogdij om advies aan de Hervormde Orgel Commissie (HOC). Op 24 oktober antwoordt de HOC dat ze een adviseur langs sturen. Graag willen ze ook de offerte van Sanders inzien. Op 18 december schrijft de HOC dat het orgel in een vergadering aan de orde is geweest. De offerte van Sanders is nog niet ontvangen.
Op 25 maart schrijft de HOC dat het orgel in de vergadering van 4 maart besproken is en dat Lambert Erné bezig is met een rapport.
Het rapport van Lambert Erné dateert van 21 september. Hij beschrijft het orgel en constateert de volgende gebreken:
 - Windladen hebben veel door- en bijspraak
 - Windlade bovenwerk is dusdanig lek adt de pijpen al spreken, terwijl met geopende registers en gesloten ventielen (waterschade?)
 - Rammelende mechaniek en veel speling van de toetsen op de stiften. 1 toetsbeleg ontbreekt.
Een restauratie is noodzakelijk en de bovenzijde dient te worden afgedicht om de schade van een nieuwe lekkage te voorkomen. Ook wordt aangerdaen de dispositie van Manuaal II aan te passen. De gebreken aan de windladen zijn niet te wijten aan de fa. Sanders, maar aan de eerdere lekkage. De HOC wil graag een machtiging om bij de fa. Bakker & Timmenga een offerte aan te vragen.
Zie ook het Notitiebriefje van Lambert Erné.
Op 11 november vraagt de HOC voor hoeveel het orgel is verzekerd om te controleren of dit bedrag voldoende is. (04)
Holtman en Leemhuis voor orgelstemmen (Zuidbroek) f 36,45 (13)

1956: Op 18 februari vraagt de HOC wanneer er antwoord komt op het rapport, de vraag omtrent de machtiging voor Bakker & Timmenga en de verzekeringsvraag.
Het antwoord komt op 18 februari. Gezien de financiële toestand gebeurt er voorlopig niets. Het orgel is verzekerd voor f 30.000,- Het orgel is goed afgedekt tegen lekkage. (04)
Mei orgelstemmen f 28,15 (06) (13)


Tekeningen uit 1959. Links oude situatie van het orgelbalkon, rechts de nieuwe situatie met duroxwand. (17) (klik op de afbeelding voor een vegroting)

1960: In dit jaar vraagt de kerkvoogdij weer om advies van de HOC vanwege een geplande kerkrestauratie.  Het rapport van de HOC dateert van september. Voor de restauratie zal het orgel gedemonteerd en later weer opgebouwd moet worden. De kosten zullen echter hoger worden, omdat de windladen en tractuur gerestaureerd moeten  worden. Ook zou er eigenlijk een nieuw front moeten komen en de zinken pneumatische Prestant vervangen moeten worden. Gezien de financiële positie is dit echter niet mogelijk. De HOC adviseert dan ook het orgel tijdens de restauratie met plastic te omhullen met het risico op problemen na de restauratie van de kerk. Ook de aanschaf van een klein nieuwe orgel zou overwogen kunnen worden.
Van 22 december is een rekening van orgelmaker mense Ruiter van f 78,75. Voor een gewonen stembeurt is dit bedrag te hoog. Misschien was het een rekening voor het inpakken van het orgel voor de kerkrestauratie. (16)

1961:  Psalmboek voor organist f 15,- loon organist f 75,- (halfjaar) (14)
Op 17 november schrijft de HOC aan de kerkvoogdij dat er nog een rekening van f 76,40 open staat.
Op 13 december antwoordt de HOC op een brief van de kerkvoogdij over de hoogte van de rekening. DE HOC is naar Gieterveen omdat een advies per telfoon niet zinvol is. In de prijs zijn inbegrepen reiskosten en het uitwerken van het advies. Dit advies is op 21 september toegezonden. Naast Gietereveen zijn ook andere plaatsen bezocht waardoor maar een gedeelte van de reiskosten in rekening zijn gebracht. (16)
Verschillende kranten berichten over de restauratie van de kerk: Nieuwsblad van het Noorden 14 oktober 1960, Winschoter Courant 14 oktober 1960, Noordooster 22 november 1960, Winschoter Courant 21 oktober 1961, Noordooster 21 oktober 1961, Winschoter Courant 24 oktober 1961. (16)


Foto's tijdens de kerkrestauratie. Het orgel was ingepakt. (16)

 



Links: Beeldbank Drents Archief Rechts: http://www.kerkeninbeeld.nl

1962: f 100,- voor een halfjaar orgelspelen. (14)

1968: G. van Dam neemt afscheid als organist. Is is organist sinds 1928. Hij wordt opgevolgd door de dirigent van het kerkkoor dhr. H. Woldhuis uit Wildervank. Als afscheid krijgt hij een verrekijker aangeboden. (18)

1974: Het orgel heeft tal van mankementen. Reparatie vergt een bedrag van circa f 30.000,-. De financién van de kerken laten deze uitgave niet toe. (18)

1984: Het Kam en v.d. Meulen binnenwerk wordt met een besluit van de kerkenraad op 22-02-1984 weer terugverkocht aan de Oud Katholieke kerk te Dordrecht.
Het Sanders-materiaal wordt verkocht aan de gereformeerde kerk van Ruinen voor f 15.000,-
In het tijdschrift Kerk en Muziek (1989-04) van de VOGG staat omtrent de terugverkoop en de restauratie in Dordrecht een uitgebreid artikel.

1989: Restauratie/reconstructie van het instrument te Dordrecht door Van Buuren / Van Eeken. Uitbreiding met een Subbas op het pedaal en een Fagot 8' op het Hoofdwerk (op lege sleep). (01)

1990: Er verschijnt een jubileumboek over de kerk. Over het eerste harmonium staat het volgende vermeld:6 Januari 1913: Een jaar geleden heeft de kerkeraad reeds 't plan gevormd gelden voor een kerkorgel te verzamelen, maar destijds waren de bezwaren en voorwaarden door Kerkvoogden en Notabelen gesteld van dien aard, dat 1 niet verder kwam dan 't plan. Op den Nieuwjaarsdag is er door den Kerkeraad opnieuw over gesproken. We zouden toch gaarne willen dat 't gezang der gemeente door orgelmuziek begeleid werd. Enkelen vreesden dat het nogal bezwaar zou geven 't benoodigde geld (plm. f. 500,--) bij elkander te krijgen. Anderen dachten, dat 1 wel zou gaan. Besloten werd om bijdragen te gaan vragen van leden der gemeente, waartoe de routes onder de kerkeraadsleden worden verdeeld. "Voordat we echter met deze zaak kunnen beginnen dienen we eerst te vragen ot meester Waninge, onze tegenwoordige voorlezer, 't orgel kan en wil bespelen als 1 zover komt".
Op 31 Januari 1913 vergadert de "orgelcommissie". Als kerkeraadsleden zijn aanwezig de brs. W. Schuiling H. Reinders, R. Speelman. R. Ketelaar, Hk. Nijboer. Verder zijn tegenwoordig de h.h. H.P. Niiboer en R. Meinders. Medegedeeld wordt dat de kerkvoogdij goedgunstig heeft beschikt "onder voorwaarde dat aan de kerk geen verbouwing mag plaats hebben, en de bediening van het orgel en het onderhoud hiervan geheel voor rekening komt van den Kerkeraad". Staande de vergadering wordt een bedrag van f. 65,-- toegezegd. Op 12 Februari 1913 blijkt het resultaat van de inzameling te zijn:
Bonnerveen (langs de straat) f. 142,25
Bonnerveen (Kopweg en Bovenstreek) f 96,50
Gieterveen (Broek en Streek) f 141,25
Gieterveen (overige gedeelte en Naliep) f. 92,--
tesamen f. 472,--.
Na ingewonnen adviezen bij de heren Waninge en Jager, resp. hoofden der scholen te Gieterveen en Gasselternijveen, wordt een orgel gekocht in Assen van de heer Meek: een Hinkel-orgel, 5 spel, 12 register kostende f. 4751-- + f. 27,50 voor een extra discant octaafkoppeling. Omdat de levering aan een kerk geschiedt, wordt 10% korting gegeven.
Zondag 4 mei 1913 heeft de inwijding van het orgel plaats. Het wordt bespeeld door de heer J. Meek van Assen, die ’t orgel geleverd heeft.

2005: In de kerk staat nu een 3-klaviers Johannes-orgel. (02)


Foto's: (03)

Bronvermelding:

  1. Informatie uit een E-mails van Leo Middelkoop d.d.  8-3-2001 23:31 uit de internet-discussielijst Organist en 12-3-2001 21:02 (privé)
  2. E-Mail van Martin W. Veenstra d.d. 26-08-2005
  3. www: http://reliwiki.nl/index.php?title=Gieterveen,_Broek_7_-_Hervormde_Kerk
  4. Archief Lambert Erné - Universiteit Utrecht
  5. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 42 Bestek en voorwaarden voor het maken van een orgelzolder in de kerk, met tekening; 1939
  6. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 49 Registers van ontvangsten en uitgaven 1924-1956
  7. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 28 Registers van het verhandelde in de vergaderingen van kerkvoogdij en notabelen 1840-1896: met voorin afschriften van stukken betreffende de stichting van de Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen
  8. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 29 Registers van het verhandelde in de vergaderingen van kerkvoogdij en notabelen 1896-1916
  9. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 28 Registers van het verhandelde in de vergaderingen van kerkvoogdij en notabelen 1916-1952
  10. www: http://reliwiki.nl/index.php/Dordrecht,_Voorstraat_120_-_St._Maria_Maior
  11. Tijdschrift: Mededelingenblad van de Oud-Katholieke Organistenvereniging  nr.25 (september 1989)
  12. Boek: J. Spaans, Geschiedenis van de orgels in de Oud-katholieke Kerk van Dordrecht, 1989, Brochure
  13. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 51 Registers van ontvangsten en uitgaven 1924-1940, 1952-1960
  14. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 50 Registers van ontvangsten en uitgaven 1957-1962
  15. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 53 Tabellarisch kasboek van uitgaven; 1941-1951
  16. Drents Archief: 0358 Nederlands Hervormde Gemeente Gieter- en Bonnerveen 44 Stukken betreffende de restauratie van de kerk; 1960-1961
  17. Drents Archief: 0913 Archief van de afdeling Monumentenzorg van de provincie Drenthe 723 Gieterveen, NH kerk; 1959-1961
  18. Boek: Meindert Jager, Een het geschiedde in die dagen- 1840-1990 150 jaar herromde gemeente Gieterveen

Het orgel in de Oud-katholiek kerk te Dordrecht. Foto uit de orgelencyclopedie deel 1840-1849 blz.197-200Het orgel in de Oud-Katholieke kerk te Dordrecht

Het huidige Oud-Katholieke kerkgebouw te Dordrecht is in de jaren 1842/1843 gebouwd naar ontwerp van de gemeentelijke architect G.N. Itz.
Voor deze kerk bouwden de orgelmakers Kam en van der Meulen uit Rotterdam een nieuw orgel met twee manualen en een aangehangen pedaal. Adviseur bij de bouw was de beroemde Rotterdamse organist, componist en klokkenist Samuel de Lange Sr.
De orgelbouwers Willem Hendrik Kam (1806 - 1865) en Hendrik van der Meulen (1810 - 1852) hadden het orgelmakersvak waarschijnlijk beiden geleerd bij de gebrs. van Dam te Leeuwarden. In 1837 vestigden zij zich als zelfstandige orgelmakers in Rotterdam in een pand aan de Leuvehaven.
Vele belangrijke orgels verlieten hun werkplaatsen, o.a. die van de Nederlands-Hervormde kerk te Oudewater (1840). de Rooms-Katholieke Sint Bonifatiuskerk te Dordrecht (1842) en de Nederlands-Hervormde Nieuwe kerk te Zierikzee (1848).
Toen Hendrik van der Meulen in 1852 kwam te overlijden, zette W.H, Kam de zaak alleen voort. Het belangrijkste instrument van zijn hand siert nog altijd de Onze Lieve Vrouwe of Grote kerk te Dordrecht (1859).
In 1902 word het orgel in de Oud-Katholieke kerk te Dordrecht door J.J, van Bijlaardt, fabrikant van kerkorgels te Dordrecht, ingrijpend gewijzigd.
Helaas werd onder druk van de toenmalige aartsbisschop Mgr. A. Rinkel door het kerkbestuur in 1938 besloten om een nieuw orgel te laten bouwen achter het oude front door de firma J.C. Sanders te Utrecht, onder advies van Alex de Jong, lid van de Oud-Katholieke Orgelraad.
Het oude orgel, dat zogenaamd niet meer te restaureren was, werd door de firma Sanders verkocht aan de Nederlands Hervormde kerk te Gieterveen, alwaar het tot 1984 zonder al te veel storingen dienst deed.
Het nieuwe orgel van Sanders voldeed niet en was van zeer inferieure makelij. In de loop der jaren vertoonde het instrument steeds meer gebreken. Het kerkbestuur slaagde er in 1984 in om, na jarenlang onderhandelen, het oude orgel van Kam en Van der Meulen uit Gieterveen terug te kopen.
Aan de orgelmakers Van Eeken en Van Buuren te Leusden/Poortugaal werd opdracht gegeven om het orgel voorlopig op te slaan in afwachting van mogelijke subsidies voor de restauratie en herplaatsing.
Op 2 december 1986 zegt de Rijksdienst voor de Monumentenzorg een subsidie toe van 80 % van de restauratiekosten. Ook het Prins Bernhardfonds en de Van der Mandelestichting zijn bereid het project te subsidiëren. Daarom kan het kerkbestuur aan de eerder genoemde orgelbouwers opdracht geven het orgel te restaureren en zelfs uit te breiden met een vrij pedaal en een tongwerk op het hoofdwerk.
Bij de restauratie, onder advies van Klaas Bolt en Jaap Spaans, is ervan uitgegaan dat het instrument geheel in de oorspronkelijke staat diende te worden hersteld, tot in alle details. Er is geen enkele concessie gedaan bijvoorbeeld met betrekking tot de vochtigheidsgraad van het kerkgebouw.

In grote lijnen komt de restauratie neer op de volgende punten:

  1. Herstel van de authentieke windvoorziening inclusief de trapinstallatie.
  2. Restauratie van de windladen in geheel authentieke staat.
  3. Reconstructie van het ontbrekende pijpwerk aan de hand van andere orgels van dezelfde orgelmakers.
  4. Het terugbrengen in de oorspronkelijke kleuren van de orgelkas en het opnieuw vergulden van de ornamenten.
  5. Nieuw worden bijgemaakt: Een Fagot 8’ in Kam-factuur op een open plaats; Een Subbas 16’ in Kam-factuur in een nieuwe pedaalkast achter de hoofdorgelkast. Een pedaalkoppel naar het eerste manuaal.

Op 9 april 1989 wordt het gerestaureerde orgel feestelijk in gebruik genomen.

De huidige dispositie luidt:

Hoofdwerk C-f'''   Bovenwerk C-f'''   Pedaal C-b  
Praestant 8’ (1844-1989) Fiool di Gamba 8’ d (1989) Subbas 16' (1989)
Holpijp 8’ (1844) Holpijp 8’ (b/d) (1844)      
Octaaf 4’ (1844) Salicionaal 4’ (1989)      
Roerfluit 4’ (1844) Fluit 4’ (1989)      
Octaaf 2’ (1844) Woudfluit 2’ (1989)      
Fagot 8’ (1989) Tremulant          

Manuaalkoppel en pedaalkoppel  
Twee spaanbalgen



https://reliwiki.nl/index.php/Dordrecht,_Voorstraat_120_-_St._Maria_Maior