Assen, Adventskerk


Ansichtkaart

Opnames van Wietse Meinardi op Youtube op 10 mei 2016:
J.S. Bach: Triosonate in in d - BWV527 https://www.youtube.com/watch?v=jcZw5xb4ocw
J.S. Bach: Concerto in d BWV 974 J.S.Bach/B.Marcello https://www.youtube.com/watch?v=CF29GUVuzTc
Opname van Wietse Meinardi op Youtube op 18 juni 2015
Johannes Matthias Michel: https://www.youtube.com/watch?v=51j-rHsOAOA

1963: Op 1 november schrijft de Hervormde Orgelcommissie (HOC) dat Lambert Erné in juli het orgel van de Grote kerk in Assen heeft bezocht. Toen kwam de bouw van een nieuwe kerk ter sprake. De HOC zou een bouwtekening van de kerk ontvangen, maar die is nog niet binnen gekomen. Kan die worden gestuurd? De tekening kan dan worden besproken bij een volgend bezoek van dhr. Erné.

1964: Voor de start van de bouw van de kerk neemt het architectenbureau de Vrieze & Dekker contact op met de HOC. Op 4 november schrijft de HOC dat ze contact zullen opnemen met de opdrachtgever van de kerk de inrichting Licht en Kracht (L&K) over de te volgen procedure. Op 24 november zal Willem Hülsman (organist Joriskerk Amersfoort) naar Assen komen voor overleg met L&K.
Op 25 november wordt door L&K bevestigt dat de HOC een voorlopig advies kan gaan uitbrengen. Op 2 december wordt dit voorlopige advies uitgebracht
De HOC heeft overleg gehad met de architect en concludeert dat de kerk een goede akoestiek zal hebben. De HOC adviseert de planken van het plafond aaneengesloten te plaatsen. De galerij is groot genoeg voor een orgel en een koor.
Men wil de galerij iets verlaagd hebben omdat het orgel anders te dicht onder het hoogste deel van het plafond zou komen. Vanwege dezelfde reden heeft de HOC de voorkeur voor een hoofdwerk-rugwerk-orgel boven het type hoofdwerk-borstwerk.
Een orgel van circa 18 registers zou voldoende moeten zijn. De kosten schat de HOC in op tussen de f 75.000,- en f 90.000,-
De volgende orgelmakers worden genoemd: Ahrend & Brunzema, Flentrop, Leeflang, Metzler, Ruiter, Vierdag en van Vulpen. Marcussen wordt ook genoemd, maar die heeft een te lange levertijd.
Als adviseur wordt Lambert Erné aanbevolen. Op 2 december wordt de benoeming van Lambert Erné door L&K bevestigd.

1965: In januari stuurt het architectenbureau een tekening naar Lambert Erné en vindt er overleg plaats. Op basis van het gesprek, de tekeningen en de maquette schrijft Erné in mei aan architect de Vrieze dat hij denkt aan een niet-symmetrische orgelkas.
De orgelkas mag niet recht zijn vanwege het ontwerp van het kerkgebouw. Hij stelt voor beide manualen in 1 kas onder te brengen en het pedaal in een aparte pedaaltoren, die iets hoger mag zijn. De orgelkas mag de balustrade niet doorbreken. Erné komt uit op een ontwerp met Hoofdwerk en Borstwerk. Verder schetst hij ideeën over de verdere vormgeving. Er is een nieuw overleg nodig.

1966: In een brief van 15 maart meldt architect de Vrieze dat het bestuur van L&K niet meer dan f 30.000,- tot f 40.000,- voor een orgel wil uitgeven. Erné moet zijn ontwerp aanpassen. De architect denkt aan een orgel zoals in de Thomaskerk in Zeist (Van Vulpen 1962) wat hij onlangs kon bezoeken en bespelen. Op 17 juli schrijft Erné naar De Vrieze naar aanleiding van de brief van 15 maart en een gesprek in Groningen dat een orgel zoals in Zeist niet in aanmerking komt. Het minimale bedrag zou f 50.000,- moeten zijn voor een eenklaviers of een bescheiden tweeklaviers-orgel. Mogelijk kan het een orgel uit een serie zijn. Hij vraagt toestemming om offertes op te vragen bij Vierdag en Van Vulpen. De Vrieze geeft toestemming.
Op 2 november vraagt Erné bij De Koff, Vierdag en Van Vulpen offerte voor een orgel met de onderstaande dispositie:
Manuaal: Bourdon 16', Prestant 8', Roerfluit 8', Octaaf 4', Gedekte fluit 4', Octaaf 2', Mixtuur IV-VI
Pedaal: Bourdon 16' (transmissie)
Manuaalomvang: C-f3, Pedaalomvang: C-f1
Mechanische sleepladen, geen slangenconducten.
Erné vraagt naar een mogelijke tweeklaviers variant.
De aanbieding van Vierdag dateert van 6 november (PDF)
De offerte van de Koff (PDF) is van 23 november.
Van 30 november dateert de offerte (PDF) van Van Vulpen.
Op 15 december komt Erné met een overzicht van de uitgebrachte offertes: De Koff f 42.500,-, Vierdag f 34.650,- en Van Vulpen f 43.400,-
De Koff en Van Vulpen beschrijven in hun offerte nog andere varianten. Erné stelt een vergadering voor om de offertes door te nemen.

1967: Op 4 april komt architect De Vrieze met het bericht dat het bestuur van L&K bereid is een bedrag van tussen de f 60.000,- en 70.000,- voor het orgel uit te geven. Hij vraagt Erné om nieuwe offertes voor een orgel met 2 klavieren en zelfstandig pedaal.
De Vrieze vraagt om een lijst met soortgelijke orgels, zodat de orgelcommissie deze orgels kan gaan bezoeken.
Op 17 april vraagt Erné de orgelmakers om nieuwe offertes voor een tweeklaviers instrument met een zelfstandig pedaal voor een prijs van ca. f 65.000,- in de vorm van Hoofdwerk-Borstwerk.

Vierdag (Twentsche Orgelbouw) komt op 9 mei als eerste met een offerte. Prijs f 63.984,-
Hoofdwerk   Borstwerk   Pedaal  
Prestant 8' Holpijp 8' Bourdon 16'
Roerfluit 8' Roerfluit 4' Prestant 8' Transm.
Octaaf 4' Prestant 2’ Vox Humana 4'
Gedektfluit 4' Nasard 1 1/3'    
Octaaf 2' Sifflet 1'    
Mixtuur 1 1/3' IV Tremulant      
Kromhoorn of Trompet 8'        
Koppelingen: Hoofdwerk - Borstwerk , Pedaal - Hoofdwerk , Pedaal - Borstwerk

De offerte van Van Vulpen dateert van 1 juni. Hoofdwerk-Rugwerk f 87.650,- Hoofdwerk-Borstwerk f 81.500,-
Hoofdwerk Rugwerk of Borstwerk Pedaal
Prestant 8' Prestant 4' Gedekt 8' Subbas 16'
Roerfluit 8' Holpijp 8' Fluit 4' Prestant 8'
Octaaf 4' Fluit 4' Prestant 2' Octaaf 4'
Woudfluit 2' Octaaf 2' of Nasard 1 1/3'   Nasard 1 1/3' Fagot 16'
Mixtuur IV Scherp IV  Regaal 8    
Trompet of Dulciaan 8' Dulciaan of Kromhoorn 8'        
Koppelingen: Hoofdwerk - Borstwerk , Pedaal - Hoofdwerk , Pedaal - Borstwerk

Op 2 juni komt De Koff met een offerte voor de prijs van f 65.150,-
Hoofdwerk Borstwerk Pedaal
Prestant 8' Gedekt 8' Bourdon 16'
Roerfluit 8' Roerfluit 4' Octaaf 8'
Octaaf 4' Prestant 2'    
Octaaf of Gemshoorn 2' Cymbel I    
Mixtuur IV-VI        

Op 17 juni stelt Erné voor om een vergadering te beleggen om de offertes door te spreken. Hij geeft dit keer geen samenvatting omdat er teveel varianten zijn om zinvol te kunnen vermelden in een brief.
Architect De Vrieze stuurt op 17 augustus een tekening van het orgelbalkon en het orgel naar Lambert Erné ter commentaar.
Op 25 augustus schrijft De Vrieze dat er op 29 augustus een vergadering is met de Orgelcommissie en dat de offertes zullen worden besproken. Tevens komt de tijdelijke plaatsing van een luidsprekerorgel aan de orde.
Op 25 oktober komt Vierdag met een nieuwe offerte voor een Hoofdwerk-Rugwerk orgel op basis van een telefoongesprek met Lambert Erné. Prijs: f 71.824,-
Hoofdwerk Rugwerk Pedaal
Prestant 8' Holpijp 8' Subbas 16'
Roerfluit 8' Roerfluit 4' Prestant 8'
Octaaf 4' Octaaf 2' Octaaf 4'
Woudfluit 2' Scherp IV Fagot 16'
Mixtuur IV-VI Kromhoorn 8'    
Dulciaan 16'        

Op 30 oktober schrijft Erné een samenvatting met de stand van zaken voor de stichting L&K. Blijkbaar is De Koff afgevallen, want alleen de offertes van Van Vulpen (f 87.650) en van Vierdag (71.824) worden nog genoemd.
De prijs van Vierdag moet nog worden verhoogd met f 1.500,- vanwege de berekening van kosten die niet in hun offerte zaten en in die van Van Vulpen wel.
Erné ziet definitief af van de variant Hoofdwerk-Borstwerk, omdat bij een bezoek aan de bijna voltooide kerk blijkt dat de orgelkas te hoog zou worden en er stemmingsverschillen zouden optreden tussen Hoofdwerk en Borstwerk.
Hij vindt een Hoofdwerk-Rugwerk orgel geschikter voor een kerk met liturgische diensten dan een Hoofdwerk-Borstwerk orgel. De klank van een borstwerk is intiemer en meer geschikt voor instrumentale muziek. Het Rugwerk is een meer gelijkwaardige tegenspeler van het Hoofdwerk. In een zo mooi vormgegeven kerk hoort ook een uitstekend orgel qua vormgeving en klank. Erné stelt voor beide orgelmakers te bezoeken en ook orgels van hen te bekijken in Amsterdam (Vierdag) en Arnhem (Van Vulpen).
Ook wil hij zijn eigen orgel in de Nicolaikerk in Utrecht laten horen voor een vergelijking Rugwerk met Borstwerk.


Maquette van de kerk. De kerk komt in de plaats een bestaande kapel in het hoofdgebouw van L&K.


Foto van architect P.L. de Vrieze (1917-1987) Foto: https://www.beeldbankgroningen.nl/ (NL-GnGRA_2248_97942)

1968: Op 9 april meldt L&K dat de orgelcommissie zich op 23 april zal verzamelen bij de benzinepomp aan de Haaksbergerweg in Enschede voor het starten van een oriëntatiereis met Van Vulpen- en Vierdag-orgels.
Op 4 mei meldt Erné dat de Orgelcommissie op grond van de oriëntatiereis heeft besloten te kiezen voor Van Vulpen. Erné en de orgelmaker zullen de Adventskerk op 6 juni bezoeken om de situatie in ogenschouw te nemen.
Op 2 december stuurt van Vulpen een nieuwe offerte.
Dispositie:
Manuaal I
Hoofdwerk C-f'''
Manuaal II
C-f'''
Pedaal
C-f'
Prestant 8' Gedekt 8' Subbas 16'
Holpijp 8' Gedekte fluit 4' Gedekt 8'
Octaaf 4' Prestant 2' Nachthoorn 4'
Roerfluit 4' Nasard 1 1/3' Fagot 16'
Woudfluit 2' Dulciaan 8'    
Mixtuur IV        
Het pijpwerk wordt in eigen werkplaats vervaardigd met 20% tin. De Subbas 16' en Gedekt 8' zijn van Red-Cedar.
De orgelkas wordt gemaakt van eikenhout. In de velden boven de pijpen komt rasterwerk. Voor snijwerk wordt een meerprijs gerekend.
De bouwkosten bedragen f 78.200,- De orgelkas wordt begroot op f 15.000 - f 20.000,-. De definitieve prijs is pas bekend als een definitieve tekening van de orgelkas beschikbaar is. De levertijd is 12-16 maanden na een definitieve opdracht.

1969: Op 4 januari levert Erné een nota in voor gemaakte onkosten. De nota voor het advieswerk komt wanneer de opdracht definitief is. Het honorarium is al opgenomen in de offerteprijs van Van Vulpen.
Op 6 januari bevestigt Erné het gesprek dat hij had op 16 december met architect De Vrieze en orgelmaker Van Vulpen over het ontwerp van het orgel. Het orgel zal 2 windladen hebben op een niveau zodat er geen risico is van onderlinge ontstemming.
De kosten van de orgelkas worden geschat op f 15.000,-
Op 24 januari schrijft de Orgeladviescommissie van de Hervormde kerk aan L&K dat ze akkoord gaan met de offerte van Van Vulpen.
Op 14 februari geeft van Vulpen antwoord aan Erné op de vraag of het mogelijk is het orgel te bouwen in een serie gelijksoortige orgels. Van Vulpen antwoordt dat dit lastig is omdat het orgel in Assen een frontontwerp heeft dat niet toepasbaar is voor de andere orgels.
Er kan hoogstens een besparing van ongeveer f 3.000,- worden bereikt, als er op korte termijn wordt afgestemd met andere opdrachtgevers.
In een brief van 21 maart vraagt L&K zich af hoe het kan dat er nu offertes zijn met prijzen exclusief orgelkas en in een eerdere fase inclusief de orgelkas. Door het lange beslisproces zijn de kosten verder opgelopen. L&K wil niet meer uitgeven dan f 85.000,-
Erné wordt verzocht te overleggen omtrent een oplossing met Van Vulpen. Ook wil de voorzitter van de Orgelcommissie ds. C. van Eysinga uitsluitsel over de wijzigingen in het orgelontwerp.
Op 11 april geeft Van Vulpen antwoord aan Erné op de vraag of de prijs kan worden teruggebracht tot f 85.000,-. Er kan een besparing worden bereikt van f 5.000,- door combinatie met 2 gelijksoortige orgels. Er moet dan wel een beslissing plaats vinden voor 15 mei aanstaande.
Panelen van verlijmd meubelplaat leveren een besparing op van f 3.000,- Reservering van de beide tongwerken Dulciaan 8' en Fagot 16' leveren een besparing op van f 4.450 en f 4.750,- De totaalprijs komt dan uit op f 85.120,
Van 11 april dateert ook een offerte uit het archief van Van Vulpen voor de prijs van f 75.800,- Deze offerte is echter niet te vinden in het archief van Lambert Erné. Onbekend is of deze offerte ooit is verstuurd.

Dispositie:
Hoofdwerk C-f''' Borstwerk C-f''' Pedaal
C-f'
 
Prestant 8' Gedekt 8' Subbas 16'
Holpijp 8' Roerfluit 4' Prestant 8'
Octaaf 4' Prestant 2' Fagot 16'
Woudfluit 2' Nasard 1 1/3' Schalmei 4'
Mixtuur IV Regaal 8'    
Trompet 8'        

Op 6 mei stuurt Erné het nieuwste voorstel van Van Vulpen naar L&K en beschrijft de besparingen. Ook vermeld hij het telefoongesprek dat hij heeft gevoerd met ds. van Eysinga en dhr. Van Hasselt.
Hij probeert L&K te verleiden tot het toch plaatsen van beide tongwerken. Hij wil een machtiging voor 31 mei om het orgel te kunnen bestellen.
Op 23 mei bericht L&K aan Erné dat er op 6 juni een besluit omtrent aanschaf wordt genomen. Het verzoek is dan ook de termijn van 31 mei te verlengen tot 7 juni.
Op 18 juni komt de definitieve schriftelijk opdracht van L&K om het orgel in opdracht te geven. Op 6 juni is dit al telefonisch doorgegeven.
Op 9 juli wordt de brief van L&K door Erné bevestigd.
Op 2 september volgt de officiële schriftelijk opdracht door L&K.
Op 8 september wordt de opdracht door Van Vulpen bevestigd en volgt ook de nota voor de betaling van de eerste termijn.
Op 3 oktober meldt Van Vulpen dat de bouw is begonnen en stuurt een nota voor de tweede termijn. Er wordt op gewezen dat de eerste termijn nog niet is betaald.
Van Vulpen meldt op 20 november dat het werk vordert. Het pijpwerk is nagenoeg gereed en ook voor de andere onderdelen wordt voortgang geboekt. De betaling van de eerste termijn was sterk vertraagd, waardoor het Van Vulpen redelijk lijkt de derde termijn iets te vervroegen.
Van Vulpen vraagt in een brief aan L&K bevestiging dat de orgelkas wordt gemaakt van blank eiken. Zonder tegenbericht gaat de bouw van de orgelkas van start op 1 december.
Erné stuurt in een brief van 28 november een bijlage met de derde termijn van Van Vulpen. Hij bevestigt de brief van Van Vulpen omtrent de gevorderde bouw. Hij informeert naar de stand van zaken rond de verwarming. Hij verwacht dat het orgel in 1970 geplaatst kan worden.
Op 25 december stuurt Erné een eerste rekening voor zijn honorarium van 4% van de bouwsom. Hij factureert 2% vanwege de reeds betaalde twee termijnen.

1970: Van 2 januari dateert een brief van Van Vulpen aan L&K waarin wordt voorgesteld het afgesproken rasterwerk te wijzigen in beeldhouwwerk door de Utrechtse beeldhouwer J. Bürgi. De meerprijs hiervoor bedraagt f 2.150,- exclusief BTW. Het beeldhouwwerk wordt gemaakt van gebruikt hout dat Bürgi vindt langs de Rijn.
Op 9 januari wordt het vervangen van rasterwerk door beeldhouwwerk gemeld aan architect De Vrieze. Op 29 januari gaat L&K akkoord met het beeldhouwwerk. Dit wordt door Van Vulpen op 6 februari bevestigd.
Op 20 februari meldt Van Vulpen aan Lambert Erné dat het orgel op 2 maart naar de kerk wordt vervoerd, waarna de opbouw kan starten. De vierde termijn wordt in rekening gebracht.
Op 26 mei vraagt L&K of Lambert Erné het orgel wil inspelen en een datum kan noemen. Ook willen ze graag een artikel over het orgel, zodat ze dat in Hervormd Assen kunnen publiceren.
Het programma van de inauguratie kan door L&K in eigen drukkerij worden vervaardigd.
De eindnota van Van Vulpen dateert van 8 juli. Er resteert nog een laatste betaling van f 21.416,40. Op de nota staat een extra post van f 2.150,- voor het leveren van snijwerk in plaats van het eerst afgesproken rasterwerk.
Lambert Erné stuurt zijn nota voor het advieswerk op 13 juli.
Ook van 13 juli dateert de brief met de resultaten van de eindkeuring door Lambert Erné. Gedurende de bouw heeft hij het bouwproces nauwlettend gevolgd. Hij is zeer tevreden over het eindresultaat, maar vindt het jammer dat de beide tongwerken nog niet zijn geplaatst.
Het orgel wordt nog een keer gestemd voor het ingebruiknameconcert. Erné wijst er tenslotte nog op dat de verbetering van het verwarmingssysteem voor de winter moet zijn afgerond. Hij bericht aan het bestuur van L&K dat hij graag bereid is het ingebruiknameconcert te spelen. Dit kan echter pas in september, omdat hij veel afwezig is gedurende deze zomer.


Het Orgel november 1970. Klik op de foto voor een vergroting



Foto: Inge Meinardi Klik op de afbeelding om een grotere versie te bekijken


Dispositie bij oplevering:
Manuaal I   Manuaal II   Pedaal  
Prestant 8' Gedekt 8' Subbas 16'
Holpijp 8' Gedekte fluit 4' Gedekt 8'.
Octaaf 4' Prestant 2' Nachthoorn 4'
Roerfluit 4' Nasard 1 1/3' Fagot (gereserveerd) 16'
Woudfluit 2' Sesquialter II    
Mixtuur IV Dulciaan (gereserveerd) 8'    



Het Orgel 1970-november

1971: Van Vulpen schrijft op 11 januari een brandbrief naar L&K, naar aanleiding van het oplossen van een storing als gevolg van de heteluchtverwarming.
In het orgel werd een temperatuur gemeten van 34 graden, dichtbij het orgel van 26 graden, terwijl de luchtvochtigheid nog maar 29% was. Dit is funest voor het orgel.
Bij dit stookgedrag ontstaat er binnen zeer korte tijd veel schade en is een bedrag van f 10.000,- tot f 50.000,- nodig voor herstel. Al tijdens de bouw van het orgel hebben Van Vulpen en Erné gewezen op de ongeschikte kerkverwarming.
Op 23 februari wordt er vergaderd over de kerkverwarming met architect De Vrieze, Erné, Van Vulpen, Nieboer van de firma Mal en Rump, Suithoff van raadgevend Ingenieursbureau en Van der Waal van L&K.
Erné en architect de Vrieze verkeerden in de veronderstelling dat het voorstel uit 1969 van het ingenieursbureau van dhr. Suithoff was uitgevoerd. Dit blijkt niet het geval te zijn.
Voorgesteld wordt om meters te plaatsen voor het registreren van temperatuur en luchtvochtigheid. Ook dienen de koster en de technische dienst van L&K een instructie te krijgen hoe de kerk te verwarmen.
Er zou een bevochtigingsinstallatie in het orgel kunnen worden aangebracht. De kosten hiervan bedragen circa f 3.000,- Het aanbrengen van spleten in de achterwand zou kunnen helpen. Er dient vastgesteld te worden wat een wenselijke temperatuur is tijdens een kerkdienst.
Op 19 oktober schrijft L&K aan Van Vulpen een voorstel om de bevochtigingsinstallatie Defensor 505 onderin het orgel in een aanbouw van het orgel aan te brengen.
Op 26 oktober antwoordt Van Vulpen dat ze niet overtuigd zijn van het effect van dit apparaat. Ook vinden ze een aanbouw niet passend. Van Vulpen is bezig in het Ikazia-ziekenhuis in overleg met een adviesbureau voor luchtbehandeling met een soortgelijke voorziening.
Op 2 november schrijft Van Vulpen dat ze een vernevelaar beslist afraden, omdat deze op de ene plek te veel bevochtigd en op een andere plek te weinig.

1976: De gereserveerde tongwerken worden geplaatst volgens een offerte van Van Vulpen van 12 maart 1976. De kosten bedragen voor de Fagot 16' f 8.800,- en voor de Dulciaan 8' f 9.700,-


Foto: Wietse Meinardi Klik op de afbeelding om een grotere versie te bekijken

1992: In januari wordt geconstateerd dat een 18-tal frontpijpen zijn verzakt en hersteld moeten worden. Hiertoe dienen de pijpen te worden overgebracht naar de werkplaats in Utrecht. De kosten worden geschat op ca. f 7.500 exclusief BTW volgens de opdrachtbon van L&K van 24 april.

1993: Na-intonatie van de Octaaf 4', Prestant 2' en de Sesquialter II. Herstel van gescheurde wellen van Hoofdwerk en Pedaal. Er wordt een begin gemaakt met het vervangen van de Askulon-schijfjes. Kosten f 1.489,13.

1994: In januari  worden grotere herstelwerkzaamheden uitgevoerd voor een bedrag van f 16.156,25 volgens een offerte van 11 november 1993

1995: Van Vulpen schrijft een brief met een stookadvies.

2001: Op 2 februari brengt Van Vulpen een offerte uit voor het wijzigen van het pedaalklavier. Alle boventoetsen worden even lang. Boven- en ondertoetsen komen op dezelfde hoogte. De afdeklijst wordt breder gemaakt zodat het pedaal 90 mm naar achteren kan worden verplaatst. De toetsen worden zo laag mogelijk geplaatst. Deze wijzigingen zijn echter nooit gerealiseerd vanwege de verhouding tussen de kosten en het toegevoegd nut.

2003: Van Vulpen beantwoordt een vraag van het GGZ omtrent  luchtbevochtigers. De gevraagde types blijken niet goed te functioneren. Een nieuw verbeterd type laat nog even op zich wachten. Producten van andere leveranciers zullen duurder zijn.




Noten
:
  1. Archief Lambert Erné (Universiteit Utrecht) en archief orgelmaker Van Vulpen

Foto: Wietse Meinardi Klik op de afbeelding om een grotere versie te bekijken

 


Klik op de afbeelding om een grotere versie te bekijken Foto: Wietse Meinardi (Zicht vanaf de orgelgalerij)