Om de Smilder venen te ontginnen werd van 1767 tot 1780
de Smildervaart of Drentse Hoofdvaart gegraven van het Meppeler Diep naar Assen. Langs de
vaart ontstonden spoedig langgerekte streekdorpen. In 1776 gaven de bewoners van
Kloosterveen of Hijkersmilde de wens te kennen een eigen kerk te willen hebben. In mei
1778 werd de opdracht gegeven en in 1781 werd met de bouw ten laste van het landschap
Drenthe begonnen onder leiding van architect Abraham Martinus Sorg. In 1788 was de kerk
gereed.
De achtkante kerk is een fraai voorbeeld van protestantse centraalbouw. De vier ingangen
zijn vervat in monumentale omlijstingen, de ramen hebben nog hun roedeverdeling en het
hoogopgaande pannendak wordt bekroond door een achtkante open lantaarn. Het monumentale
interieur wordt beheerst door de forse preekstoel met doophek, gesneden in Lodewijk
XVI-trant. Dit snijwerk vinden we ook bij de trapleuningen die naar de geheel rondlopende
galerij voeren. De herenbank met het wapen van Drenthe, met de letters C(omunitas) T(ereac)
D(renthe), hetgeen betekent: Gemeenschap van het land Drenthe, stamt uit de
bouwtijd. De oude banken van vurenhout zijn in jan. 1981 vervangen door de 40 jaar oude
banken van eikenhout, afkomstig uit de Eusebius kerk te Arnhem.
Deze banken, met snijwerk van Bijbelse motieven, doen het goed in deze kerk.
Bronvermelding: