Meppel, Gereformeerde kerk Thorbeckelaan
Kerk
Deze kerk werd in 1960 gebouwd als Gereformeerde kerk. In de tachtiger jaren
van de 20e eeuw
werd de kerk verkocht aan de Gereformeerd vrijgemaakte kerk.
Ansichtkaarten,
jaren '60 van de 20e eeuw
Orgel
1960: Plaatsing van een gebruikt noodorgel door Leeflang.
Meppeler
Courant 1960-12-21
1963: Op 2 juli 1963 werd in deze kerk een nieuw orgel in gebruik genomen met een
orgelbespeling door Simon C. Jansen te Amsterdam. Het orgel werd gebouwd door de firma E. Leeflang te Apeldoorn.
Het contract met Leeflang werd gesloten op 10 februari 1960. Zie blz.
01 en
02. (06)
Als adviseurs traden op de heren Houtman en Milo namens de
Gereformeerde Organisten Vereniging.
Op de website
https://gereformeerdekerken.info
is een uitgebreide tekst over dit
orgel opgenomen
Op 15 november vraagt organist Nico Verrips of hij en zijn vrouw Marjan Doorn
kunnen studeren op het orgel van de nieuwe kerk, omdat ze in de Remonstrantse
kerk vaak niet terecht kunnen. Hij is graag bereid de tongwerken te stemmen. De
Grote kerk wordt na de kerkrestauratie weer in gebruik genomen, maar het orgel
is nog niet gereed. Op 16 december
vraagt de Commissie van Beheer (CvB) aan Leeflang of een organist de tongwerken
kan stemmen en wat een redelijke vergoeding zou zijn voor het gebruik van het
orgel.
Foto vanuit http://www.kerkeninbeeld.nl
Manuaal | Rugpositief | Pedaal | |||
Prestant | 8' | Holpijp | 8' | Bourdon | 16' |
Roerfluit | 8' | Prestant | 4' | Prestant | 8' |
Octaaf | 4' | Koppelfluit | 4' | Quintaaf* | 4'+2' |
Gedekte Fluit | 4' | Octaaf | 2' | Fagot | 16' |
Vlakfluit | 2' | Scherp | III | ||
Mixtuur | V | Tertiaan | II | ||
Trompet horizontaal | 8' | Dulciaan | 8' |
* De Quintaaf is een Quintadena 4’ en Octaaf 2’ als één register. Tremulant
op het Rugwerk (01).
Bericht omtrent het orgelbouwadvies in Organist en Eredienst 1963-08
Meppeler Courant 28-06-1963
Meppeler Courant 03-07-1963
1964: Op
14 januari schijft de CvB aan Nico
Verrips dat ze akkoord zijn met zijn vraag om op het orgel te oefenen.
Op
16 januari schrijft Leeflang aan
de CvB dat dhr. Keijzer van leeflang op 20 januari langs zal komen om naar de
geconstateerde gebreken te kijken.
Op
14 maart schrijft de CvB aan de
orgelcommissie. Ze ontvangen graag een advies voor het afsluiten van een
onderhoudscontract. Aanschaf hygrometer is akkoord. Graag ontvangen ze periodiek
een rapport over de toestand van de orgels. Beide orgels zijn verzekerd.
Op
22 juli vraagt Van der Wedden aan
Leeflang wat de kosten zijn van een onderhoudscontract.
Op
7 augustus schrijft Leeflang dat
een stembeurt tussen de f 160,- en f 225,- zal gaan kosten. Rond die tijd
schrijft de orgelcommissie dat het
onder houd door de fa. leeflang dient te worden uitgevoerd, omdat anders de
garatie van 10 jaar vervalt.
Op 17
augustus meldt van der Wedden aan Leeflang dat er wel een positief antwoord
zal komen, maar dat zal pas mogelijk zijn in september. Binnenkort geeft Nico
Verrips een concert op het orgel. Is het mogelijk nog voor 26 augusts te kijken
naar een aantal kleine onvolkomenheden?
Iet Witvoet heeft sinds 5 jaar
les van Nico Verrips en wil graag
oefenen op het orgel van de nieuwe kerk.
Op
8 september schrijft Van der
Wedden aan Leeflang dat het onderhoud wordt toegekend aan Leeflang. Er dient 2x
per jaar te worden gestemd voor f 160,-
Op
24 oktober schrijft Van der Wedden
dat er bij het bespelen het een en ander is van het registerpaneel is los
geschoten. Dit paneel is niet goed bevestigd. Het is ter plaatse provisorische
hersteld, maar Leeflang had dit beter moeten bevestigen. De betreffende speler
was ook enigszins wild, maar het had niet mogen gebeuren.
Op
28 oktober schrijft Leeflang dat
dhr. keijzer de volgende week het orgel zal bezoeken.
Op
6 november schrijft Van der Wedden
aan de CvB dat Leeflang de gemelde gebreken heeft verholpen, maar de koppeling
werkt nog onvoldoende.
Meppeler Courant
1964-08-21
1965: Op 23 maart maakt Van der Wedden een
rapport over de toestand van beide
orgels. Her orgel in de nieuwe kerk vertoont wat kinderziekten. Hierover is een
brief geschreven naar Leeflang. Nog geen antwoord.
Artikel uit Trouw van 23-03-1965 uit het archief van de Gereformeerde kerk van
Meppel. Commentaar rechtsonder: 'Een tikkeltje overdreven reclame voor Leeflang
W''.
(Klik op de afbeelding voor een vergroting)
Op
29 september stuurt Leeflang een
rekening voor stemmen en revisie van f 258,75.
Op
12 oktober schrijft Van der Wedden
dat ze graag een specificatie willen hebben.
Op
30 november vraagt J.F. Seydell of
hij op het orgel mag studeren. Hij heeft les van Nico Verrips.
Op
11 december is er een soortgelijke
brief van de vader van Rindert van der Valle. Zijn zoon lest ook bij Nico
Verrips. Op 20 december dankt hij
voor de toestemming.
1966: Op
4 februari komt een aanvraag
binnen voor studie op het orgel door A.G. Schreurs. Ook een leerling van Nico
Verrips.
Op 24 februari
schrijft de orgelcommissie aan de CvB dat beide orgels in goede staat en veel
worden bespeeld door leerlingen. Veel meer leerlingen wordt een probleem.
Op
22 augustus vraagt Fennie vander
Weide (leerling van Nico Verrips) of ze op het orgel mag spelen, omdat ze nu het
pedaal gaat gebruiken.
1967: Op 23
januari beantwoordt de Orgelbouw Adviescommissie van de Gereformeerde
Organisten Vereniging (OAGOV) een
vraag van de CvB over de kosten van de bouw het orgel.
Op
24 januari danks de
orgelbouwcommissie de OAGOV voor het antwoord.
1968: Op
3 augustus schrijft Van der Wedden
aan Leeflang. Tijdens een stembeurt heeft de stemmer van Leeflang toegegeven dat
het orgel windziek is. Wanneer wordt daar nu eindeijk iets aan gedaan?
1969: Op 27 maart
beschrijft Van der Wedden de toestand van de beide orgels. Het orgel in de oude
kerk is nu 32 jaar oud. Het tongwerk heeft veel te lijden van vallend gruis en
stof van de zolder. Het orgel in de nieuwe kerk heeft veel last van de droogte
gehad.
1971: Voorbeeld van een
orgelrooster. Er speelden in deze
periode vier organisten: dhrn. Van der Wedden, Visscher en de Vries en mej. Van
der Weide.
1973: Op
23 mei schrift Van der Wedden aan
Leeflang dat de organisten nog steeds klagen over een windziek rugpositief. De
tremulant functioneert nauwelijks. Bij het gebruik van maar één register zijn er
bijgeleuiden. Bij gebruik van meer registers treedt dit euvel niet meer op.
Op 1 oktober meldt de
orgelcommissie dat er op weer waterschade is ontstaan in het orgel door een
probleem met een dakpan en de dakgoot. Het euvel is provisorisch hersteld. Het
orgel van de nieuwe kerk is nog steeds windziek. De garantietermijn is inmiddels
verlopen.
1974: Op 5 juni
meldt Van der Wedden dat er door onbekende oorzaak schade is ontstaan aan het
rugwerk. Er is een fluitpijpje 'gemold' en de tractuur is beschadigd, waardoor
het rugwerk nauwelijks bruikbaar is. Van der Wedden herstelt de schade.
1975: Op 23 oktober
vragen Jan Meijer en Stef Keep of ze op het orgel kunnen oefenen. Ze hebben les
respectieveleijk van dhr. Worst en mevr. Verrips. Op
27 oktober wordt de toestemming
gegeven.
1976: In maart 1976
beschrijft Van der Wedden de
toestand van de orgels. Het orgel heeft zeer te lijden gehad door de lage
luchtvochtigheid in de kerk.
Op 29
april schrijft Van der Wedden aan Leeflang dat het orgel voor f 1.400,-
bespeelbaar gemaakt kan worden en gestemd.
1977: Op
27 januari vraagt B. Dokter of
hij op een van de orgels kan studeren. Hij heeft les van dhr. Straatman op de
Meppeler Muziekschool.
Op 10
februari vraagt Van der Wedden aan Leeflang waarom ze nog steeds niet langs
zijn geweest om de afgesproken werkzaamheden van 1976 uit te voeren.
Op
14 februari meldt Leeflang dat ze
pas langs komen als een oude rekening uit 1975 is voldaan. Uit de notulen van de
orgelcommissie van 3 maart blijkt
dat de rekening van leeflang betrekking heeft op een niet afgesproken stembeurt.
Op 25 februari zegt Walcker toe
dat ze ook het orgel van de nieuwe kerk kunnen stemmen.
In de
orgelcommissievergadering van 31
maart wordt gemeld dat beide orgels onderhanden zijn genomen door Walcker.
In de oude kerk werden enkele magneten en membranen vernieuwd en werd een
probleem hersteld dat ontstond bij foutief gebruik van het orgel. In de nieuwe
kerk is de tractuur bijgesteld en de windvoorziening verbetert, zodat de
windziekete nu redelijk onder controle is.
Op
15 november vraagt Fred Meinen of
hij op het orgel kan studeren.
1978: Op
21 januari wordt de teostand van
de orgels weer geïnventariseerd. Door onoordeelkundig gebruik door een onbekend
organist bij een koorconcert zijn allerlei contacten van het orgel in de oude
kerk beschadigd. Een en ander is nu provisorisch hersteld.
1979: Op
22 oktober komt de orgelcommissie bijeen. Het orgel is enkele jaren
onderhouden door de fa. Walcker, omdat Leeflang dit niet meer wilde doen na een
verschil van mening. Men is van plan het onderhoud nu weer bij Leeflang te
beleggen.
Op 5 november
schrijft Van der Wedden aan Walcker dat de windkanalen van het orgel slecht
gemaakt zijn en dat Leeflang dit gaat verbeteren. Van der Wedden dankt voor het
onderhoud van de laatste jaren. (07)
1980: Begin
maart schrijft Van der Wedden dat is besloten om alle abstracten te laten
vervangen door Walcker.
Op 30
september vergadert de orgelcommissie. Een aantal abstracten zijn geknapt.
Deze zijn vervangen. (07)
1981: Op
10 december rapporteert Van der
Wedden uitgebreid de toestand van beide orgels. Sinds de abstracten vervangen
zijn is het aantaal hangers zeer verminderd. Walcker zal bij de volgende
onderhoudsbeurt nog de wellenborden verbeteren.
1982: in de
orgelcommissie van 12 januari komt
de windziekte van het orgel in de nieuwe kerk weer aan de orde. Men besluit dit
aan te kaarten bij de orgelmaker. (07)
Op 22 april
bschrijft Cornelissen van de orgelcommissie de toestand van het orgel. Een deel
van de Leeflang-abstracten is nog niet door Walcker vervangen. De
windvoorziening is nog steeds niet volledig op orde. Walcker adviseerde een
nieuwe magazijnbalg, maar Cornelissen deelt die mening niet. De pedaaltorens
zouden toegankelijk gemaakt moeten worden middels een luik. De schalbekers van
de Trompet moeten opnieuw gericht worden.
Eind december spelen de eerste
gedachten om het kerkgebouw te verkopen aan de de gereformeerd vrijgemaakte kerk.
Zie krantenartikel door VdW. (08)
1984: In de orgelcommissie van
15 oktober komt aan de orde of het
onderhoud van beide orgels bij Walcker moet blijven. Er wordt nog geen
definitieve beslissing genomen. (07) In
mei schrijft de CvB aan Walcker d
1985: In
mei schrijft de CvB aan Walcker dat er over wordt gedacht het onderhoud bij
een Nederlandse orgelmaker onder te brengen.
1994: Het kerkgebouw wordt verkocht aan de Gereformeerde
Kerk (Vrijgemaakt), die de naam van de kerk veranderen in Kruiskerk.
Foto (05)
2006: De kerk aan de Vos van Steenwijklaan is verkocht aan de R.K. kerk.
2006/2007: Het gebouw wordt verbouwd en uitgebreid. Op 14 september 2007 wordt het officieel weer in gebruik genomen.
2012: Revisie door de firma Van den Heuvel onder advies van
Wietse Meinardi.
Het orgel werd in gebruik genomen met een concert door
adviseur Wietse Meinardi. Zie
ingebruiknameboekje.
De volgende wijzigingen worden aangebracht: (03)
Manuaal | Rugpositief | Pedaal | |||
Prestant | 8' | Holpijp | 8' | Bourdon | 16' |
Roerfluit | 8' | Prestant | 4' | Prestant | 8' |
Octaaf | 4' | Koppelfluit | 4' | Quintaaf* | 4'+2' |
Gedekte Fluit | 4' | Octaaf | 2' | Fagot | 16' |
Vlakfluit | 2' | Nasard | 2 2/3' | ||
Mixtuur | V | Sesquialter | II | ||
Trompet horizontaal | 8' | Dulciaan | 8' |
Samenstelling vulstemmen
Mixtuur V sterk C: 1 1/3' - 1' - 2/3' - 1/2' - 1/3'. Gis: 2' - 1 1/3' - 1' -
2/3' - 1/2'. fis: 2 2/3' - 2' - 1 1/3' - 1' - 2/3'. c': 4' - 2 2/3' - 2' - 1
1/3' - 1'. fis'': 4' - 2 2/3' - 2 2/3' - 2' - 1 1/3'. c''': 8' - 4' - 2 2/3' - 2
2/3' - 2'.
Sesquialter I-II sterk C: 1 1/3'. f: 2 2/3' - 1 3/5'. (03)
Meppeler Courant 2012-01-27 Klik op de tekst voor een vergroting
Bronvermelding:
Tekst website
https://gereformeerdekerken.info/2017/03/21/de-nieuwe-kerk-in-de-wijk-haveltermade-te-meppel/
Het orgel.
In overleg met de Adviescommissie van de Vereniging van
Organisten werden vijf orgelbouwers uitgenodigd aan de inschrijving voor de bouw
van het orgel mee te doen. Uiteindelijk stuurde alleen de fa. Leeflang uit
Apeldoorn een offerte. Deze firma zou een orgel bouwen van tweeëntwintig stemmen
voor een bedrag van fl. 55.000. De Adviescommissie vond die prijs echter te hoog.
Na verder overleg bleek de heer Leeflang van oordeel dat, hoewel een orgel van
tweeëntwintig stemmen meer mogelijkheden bood en gemakkelijker bespeelbaar was,
een instrument van achttien stemmen ter waarde van fl. 46.000 óók ruim voldoende
zou zijn voor deze kerk. De Adviescommissie was het daarmee eens. De levertijd
was 2 tot 2 ½ jaar. Wel wilde men de speeltafel zo opstellen dat de organist
zicht had op een in de kerk opgesteld zangkoor. De scriba was overigens
voorstander van een orgel met tweeëntwintig stemmen: hij vond het niet juist ‘de
vier stemmen, die leidden tot verfraaiing van het geluid’, weg te laten, en van
latere aanbouw kwam tóch niets terecht, zo meende hij. Ds. Vellenga was het op
zich wel met de scriba eens, ‘maar door het niet beschikken over goede
organisten zullen die vier extra stemmen tóch niet tot hun recht komen’.
Besloten werd toen het voorstel van de commissie uit te voeren.
In maart
1960 waren twee van de drie benoemde organisten teleurgesteld dat ‘zij niet
betrokken waren bij de plannen voor de aanschaf van het orgel in de nieuwe kerk’.
De organisten hadden echter inzage gehad in de dispositie van het orgel en waren
daarmee geheel akkoord gegaan’, aldus de kerkenraad.
De orgels en de
organisten.
Maar hoe moest de gemeentezang begeleid worden zolang het orgel
er nog niet was? Aanvankelijk werd gebruik gemaakt van een tijdelijk afgestaan
harmonium; het voorstel om een eigen harmonium of piano aan te schaffen werd
afgeraden ‘omdat de middelen hiertoe ontbreken’. Gelukkig plaatste de
leverancier van het kerkorgel in december 1960 tijdelijk een gebruikt orgel in
de Nieuwe Kerk. Ds. Van Tuinen schreef in het Kerkblaadje van 7 januari 1961: ‘Er
is zóveel vaart achter de opstelling van het [tijdelijke] orgel gezet, dat zij
vóor de jaarwisseling gereed was, en we verleden zondag door nieuwe klanken
verrast konden worden, ‘nieuw‘ in onze oren dan. Voor onze organisten is dit een
overgang als van een gewone fiets naar een bromfiets, in die zin dat ze niet
meer behoeven te trappen en in hun werk door een motor gedragen worden. (…) Voor
de gemeentezang is de ingebruikneming van het orgel verblijdend. Het geluid van
het bejaarde instrument ondersteunt de zang aanmerkelijk krachtiger dan dat van
het tot nu toe gebruikte harmonium. Al hebben we ook daarvan dankbaar gebruik
gemaakt!’
Het orgel van de Nieuwe Kerk te Meppel.
In mei 1963 kwam
ook een eind aan het gebruik van het oude vervangende orgel: ds. Vellenga
schreef in het Kerkblaadje van zaterdag 25 mei 1963: ‘Het oude orgel in de
Nieuwe Kerk was zondag geheel verdwenen. (…) Met veel kundigheid wisten de
organisten de stramme spieren nog wel wat lenigheid te geven en de oude stem wat
op te jutten, maar ieder kon bemerken dat de gebreken van de oude dag de
overhand begonnen te krijgen. Verleden week is het vakkundig ontleed, in zijn
delen de orgelgalerij af en de consistorie in gedragen en te ruste gelegd. En nu
is het weg. Maar vandaag – ik schrijf dit op maandag – stond er bij het
ochtendkrieken al een vrachtauto voor de kerk. Zeven vaardige mannen laadden
alle mogelijke houtwerk uit, vulden er een goed deel van de gang en van de
consistorie mee, pakten alles, dat tot het oude orgel behoord had, in de
vrachtauto en begonnen meteen aan de opbouw van het nieuwe. (…) De orgelbouwers
zeiden dat het nog wel enige weken zou duren voordat het orgel zich zal kunnen
doen horen. Intussen kunnen we dan zondag vijf dingen tegelijk doen: horen naar
de piano [die de gemeentezang een paar weken begeleidde], kijken naar de kast
van het nieuwe orgel, geven in de collectezak, een melodie zingen, en denken aan
wat we zingen. (Misschien kan iemand ondertussen ook nog een pepermunt in de
mond houden. Dat zou dan het zesde, maar het minst-waardige zijn in de rij)’.
Het orgel in gebruik genomen.
De Nieuwe Kerk in de wijk Haveltermade.
Op dinsdag 2 juli 1963, ’s avonds om acht uur, werd het echte nieuwe orgel van
de fa. Leeflang in gebruik genomen.
De dispositie was als volgt:
Hoofdwerk: Prestant 8’, Roerfluit 8’, Octaaf 4’, gedekte Fluit
4’, Vlakfluit 2’, Mixtuur 1 1/3, 5 st., Horizontale trompet 8’.
Rugwerk: Holpijp 8’, Prestant 4’, Koppelfluit 4’, Octaaf 2’, Scherp 1’,
3 st., Tertiaan 2 st., Dulciaan 8’, Tremulant.
Pedaal:
Subbas 16’, Prestant 8’, Quintaaf 4’-2’, 2 st., Fagot 16’.
Ds. Vellenga
schreef: ‘Het mooie uiterlijk van dit instrument schept goede verwachtingen voor
de klank! Deze verwachtingen worden nog versterkt door de naam van bouwer: de fa.
Leeflang te Apeldoorn. Naast een paar korte toespraken, waaronder een (populaire)
toelichting door de orgelbouwer, zal de zeer bekende organist Simon C. Jansen
het orgel bespelen. Hij zal enige bekende stukken van Bach spelen en daarna veel
gevraagde liedbewerkingen en koralen. Het geheel wordt afgewisseld met
gezamenlijk zingen (psalmboek meenemen!). Het programma zal niet langer duren
dan 1 ½ uur. (…)’. Dat was te doen.
Bronnen:
- Archief van de
Gereformeerde Kerk te Meppel. Drents Archief, Assen.
- G.J. Kok, ‘… Die
verenigde wat gescheiden was …’. Geschiedenis van de Gereformeerde Kerk te
Meppel (1835-2005) met inventaris van het Archief. Groningen, 2014
Onderstaande foto's zijn afkomstig van orgelmaker Kaat en Tijhuis te Kampen (02).